Is de Vakbond onmisbaar?
DE VAKBOND. Een vraag die ik mijzelf heb gesteld na het zien van een aflevering van Tegenlicht, is de Vakbond onmisbaar? Nooit heb ik persoonlijk nagedacht over een Vakbond, sterker nog ik had de term wel eens horen vallen en ik wist dat de Vakbond zich bezig hield met zaken binnen het bedrijfsleven. Toch verbaasde het mij toen ik in die aflevering zag wat een Vakbond nou eigenlijk allemaal doet en regelt voor werknemers. En wat voor macht de werkgever zou hebben als er geen Vakbond zou zijn. Persoonlijk wist ik bijvoorbeeld niet dat de Vakbond ervoor heeft gezorgd dat zwangerschapsverlof een feit is, of de werkeloosheidswet en ga zo maar door. Eigenlijk alle rechten die werknemers hebben gekregen zijn verkregen door Vakbonden.
Vakbonden over een vijf jaar verledentijd
De vakbonden zijn heel belangrijk geweest voor Nederland, maar nu de werknemer mondiger is geworden, kan die zijn eigen zaken wel regelen.
Nadat de vakbonden verdwenen zullen zijn zullen alle loononderhandelingen gevoerd worden op de werkvloer zelf. Dit zal gebeuren door de onderhandelaars van de ondernemingsraad. Ondanks dat de vakbond vroeger zo belangrijk is geweest en zij hebben gezorgd voor een wettelijk minimumloon, ontslagbescherming, de arbeidstijdenwet etc. oftewel ons hele systeem van sociale zekerheid.
Maar door het regelen van al die wetten heeft de vakbond zichzelf eigenlijk overbodig gemaakt. Hoogopgeleide werknemers komen sowieso voor zichzelf op op de werkvloer omdat zij vaak in een positie staan dat zij ook wat binnen de organisatie te vertellen hebben. De zwakkeren aan de onderkant van de organisaties worden beschermd door alle regels die al wettelijk zijn opgesteld met dank aan de vakbond.
Nooit is de vakbond representatief geweest in Nederland
Nooit is meer dan 40 procent van de werknemers in Nederland lid geweest van een vakbond. (Dit hoogtepunt is bereikt in de jaren ’70).
Momenteel zit het percentage leden van de vakbond tussen de 15 en 20 procent. Dit betekend dat er zo’n 1,7 miljoen leden zijn verdeeld onder de vakbonden. Dit is het laagste aantal sinds 1992.
De vakbond is opgericht om voor de zwakke werknemers op te komen tegen hun sterke werkgever. Samen sta je sterk. Door de jaren heen zijn werknemers minder zwak geworden doordat een werknemer iets te bieden heeft wat een werkgever wil hebben namelijk; arbeid. Door vaardigheden die waardevol zijn voor de werkgever en door een goede opleiding en voldoende kennis kan een werknemer al behoorlijk wat arbeidsvoorwaarden afdwingen. Daarnaast zijn de soorten banen die worden aangeboden ook sterk veranderd. Dit heeft ook geleid tot geïndividualiseerde arbeidsvoorwaarden zoals bijvoorbeeld prestatieloon, een bonus boven op je basisloon. De jongeren van tegenwoordig denken überhaupt niet meer na over het wel of niet lid worden van een vakbond. Het spreekt de jeugd niet aan, ze zijn er ook niet mee opgegroeid. Vroeger was de vakbond veel meer een ding waar je op gewezen werd door de mensen om je heen.
De vakbond van morgen
Kunnen vakbonden de nieuwe generatie werkenden nog vertegenwoordigen of zijn er nieuwe vormen van collectiviteit nodig?
We zien dat vaste werktijden en/of werkplekken steeds meer vervagen, dit fenomeen noemen we flexibilisering. Nederland is een voorloper in deze flexibilisering, werknemers mogen zelf hun tijden en werkplekken bepalen als hun werk maar voor een bepaalde deadline klaar is. Natuurlijk is dit niet toepasselijk op elke functie.
We zien tegenwoordig de groep zzp’ers ook steeds verder uitbreiden op een steeds hoger tempo. Heel veel jongeren willen graag op zichzelf zijn en voor zichzelf iets proberen op te zetten, ook dit zal met individualisering te maken hebben. De nieuwe generatie is liever vrij onder eigen verantwoording dan onder verantwoording van een baas.
Zzp’ers kunnen zich niet aansluiten bij een vakbond aangezien zij werkgever zijn van zichzelf, alleen dit is al een verklaring van de vervaging van het ledenpercentage van de vakbond.
Verder zijn vakbonden veel minder populair geworden doordat werknemers mondiger zijn geworden. Personen met een hogere functie zijn ook zelfverzekerd van het feit dat zij makkelijk voor zichzelf kunnen opkomen. Het gevoel van saamhorigheid verdwijnt langzaam, mensen doen steeds meer dingen voor hun zelf. Een vakbond staat juist voor saamhorigheid, want samen sta je sterker dan alleen, en dat al helemaal tegen een grotere macht van een werkgever.
‘Postkapitalisme’
Om relevant te blijven moeten vakbonden meebouwen aan het postkapitalisme (een economie die gebaseerd op coöperaties, zelfmanagement, lokale valuta een werkelijke deeleconomie en een basisinkomen).
Binnen vijf jaar bestaat mogelijk een derde van de Nederlandse arbeidsmarkt al uit freelancers (zzp’ers). Zij worstelen vaak met een zwakke onderhandelingspositie ook bouwen zij geen pensioen op aangezien zij zelf werkgever zijn en zijn zij ook niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. Op het moment dat een vakbond kan organiseren om ook een bond op te kunnen zetten die voor deze zzp’ers op kan komen zal hoogstwaarschijnlijk het aantal leden van de vakbond stijgen