Als Kris hoort dat zijn biologische moeder is overleden kan hij het in eerste instantie niet geloven. Met veel moeite gaat hij naar de begrafenis. Als Kris bij het graf staat komt er een meisje in een rolstoel bij hem staan en het meisje duwt Kris een papiertje in zijn handen. Als Kris thuis is opent hij het briefje. Op het briefje staat ‘’ Ze is vermoord ‘’ . Kris kan het niet geloven maar herinnerd zich dan opeens dat hij het meisje in een busje met daarop ‘’Vangnet’’ zag wegrijden. Kris gaat de volgende dag op internet iets opzoeken over ‘’Het Vangnet’’ hij komt erachter dat het een daklozen tehuis is dat ligt in een hoerenbuurt dicht bij de stad. Uit school gaat hij er meteen naartoe. Hij belt aan en Esmé doet open. Esmé was het meisje uit de rolstoel die kris tegenkwam bij de begrafenis. Omdat Kris zijn biologische moeder heel lang niet had gezien vertelde Esmé dat ze op haar kamen portretten had hangen van de biologische moeder van Kris die ze zelf had getekend. Esmé vertelde dat de moeder van Kris een prostituee was om aan geld te komen en daarvan drugs te kopen. Esmé laat ook weten dat ze ziek is en dat ze een longtransplantatie nodig heeft om te kunnen blijven leven. Esmé laat het lievelingsplekje zien van de moeder van Kris, ze verteld dat de moeder van Kris zichzelf liever Anna noemt, omdat ze willen weten hoe Anna is overleden gaan ze naar de politie. Die hebben de mobiel van Anna. Als de politie even wegloopt haalt Esmé de simkaart uit de mobiel. Thuis zien ze dat Anna op de dag wanneer ze overleden is nog gebeld heeft met Andre Nieuwkerk. Kris en Esmé gaan naar hem opzoek en vragen hem over Anna Bruns. Hij reageert boos en stuurt ze weg. Kris
komt erachter dat Andre zijn biologische vader is en lokt hem middernacht naar een plek in de buurt. Hij zal eigenlijk met Esmé gaan maar die belt af omdat ze een longtransplantatie krijgt. Als Kris later naar Esmé gaat in het ziekenhuis hoort hij dat Johan de vader van Esmé, Anna heeft vermoord om een long te gebruiken voor Esmé. Esmé is boos op haar vader en geeft als laatste een portret van haarzelf aan Kris waarop ze nu wel blij kijkt.
Mening:
Ik vind het boek laat me niet stikken een spannend boek. Dit komt omdat het twee verhalen zijn die in elkaar overlopen en samen worden gevoegd. Het verhaal van de longtransplantatie van Esmé en het verhaal van Kris die het raadsel over zijn ouders opzoekt. Toen Kris met zijn biologische vader een afspraak had was de spanning eraf omdat ik toen dacht dat Andre Nieuwkerk de dader was. Maar onverwacht bleek Johan de dader dat was erg leuk omdat het onvoorspellend was. Jammer was dat de Adoptieouders niet veel in het boek voorkwamen en dat Johan ook niet veel rollen had totdat ze erachter kwamen dat hij de dader was. Het was leuker geweest als je ook een verhaal uit het perspectief van Johan had gelezen. Dat hij bijvoorbeeld schreef waarom hij Anna vermoordde, en dat alleen de lezer wist wie de dader was en de personen in het boek nog niet. Uiteindelijk was de manier waarop Ruben Prins nu het boek heeft geschreven ook heel Interessant. Ik raad dit boek aan, aan jongeren tussen de 13 en 15 omdat deze verhalen zijn heel realistisch geschreven. Het is een erg geboeid boek omdat je zelf gaat speculeren over de dader. De schrijver bouwt de spanning goed op door informatie niet meteen te vertellen. Daarnaast vind ik het een origineel thema. Ik vind het zeker niet saai omdat er steeds nieuwe veranderingen in het boek zijn. Daarnaast gaat het over een longtransplantatie hier wordt op dit moment veel over verteld en om organen te doneren hoef je niet iemand te vermoorden. Het is een redelijk droevig verhaal en er zit eigenlijk weinig positiefs in omdat in het begin van het Boek de biologische moeder van Kris al overleden is. Ik geef dit boek een 6,5 omdat het een leerzaam boek is maar ik vind dat het niet in een leuk perspectief geschreven is. Ik had het leuker gevonden als het in een Ik perspectief was want nu is het een personaal perspectief, en ik vind persoonlijk een ik perspectief spannender om te lezen en zo kun je jezelf ook beter inleven in de hoofd en bij personen.