Tijdens de recente stakingsgolven is het optrekken van de pensioenleeftijd ‘?n van de meest betwiste punten dat vaak naar voor komt in de pers en in gesprekken met ‘de mens in de straat’. Vaak zijn dit opgezweepte discussies en het leek ons nuttig om dit op een rustige wijze de offici??le teksten te bekijken die hierover beschikbaar zijn.
Doordat we een nieuwe regering hebben worden er maatregelen genomen. We weten allemaal dat vanaf 2015 onze pensioenregeling zal gewijzigd worden en dat het ons allemaal zal treffen. We onderzoeken waarom de nieuwe regering besloten heeft om de pensioenleeftijden op te trekken. We trachten ons in te leven in de gedachtegang van de nieuwe regering en het te begrijpen.
1. Inleiding
In april 2013 stelden de ministers De Croo en Laruelle de Commissie Pensioenhervorming 2020-2040 in. Deze commissie bestond uit twaalf experts met verschillende achtergrond die hierover maanden vergaderden en uiteindelijk op 12 juni 2014 hun eindoordeel gaven. Twee van de bekendste leden van de commissie waren Bea Cantillon ( Prof Universiteit Antwerpen ) en ex-minister Frank Vandenbroucke.
Zij stellen dat ons pensioen een sociaal contract is waar iedereen bij betrokken is. De werkende generatie betaalt ervoor; de gepensioneerden genieten leven er vaak van en er zijn een boel regels en afspraken waar iedereen zich aan moet houden. Dat sociaal contract is op drie waarden gebaseerd:
Solidariteit: dit betekent dat mensen die om welke reden ook niet voldoen, toch kunnen genieten van een soort pensioen.
Individuele verantwoordelijkheid: dit betekent dat er een verband is tussen de grootte van het pensioen en hoe hard men vroeger gewerkt heeft.
Evenwicht tussen de generaties: het systeem moet financieel houdbaar blijven, anders zullen de mensen die nu betalen, later niets in ruil krijgen op het moment dat zij het pensioen nodig hebben.
Het is vooral deze financi??le houdbaarheid van het stelsel die grote problemen stelt. Hoe kunnen we in deze tijden van economische ellende en een ouder wordende bevolking, zorgen dat dit stelsel blijft bestaan. Zonder hervormingen zal dit niet lukken want de mensen worden steeds ouder en er zijn steeds meer mensen die de volgende 20 jaar met pensioen gaan. Er komt dus een groot verschil tussen vraag en aanbod.
De commissie stelde tien gemeenschappelijke werkpunten voor.
Op nummer vier in hun verslag staat: ‘ de hoogte van de pensioenen moet gehandhaafd worden door de loopbanen te verlengen en door effectieve arbeidsprestaties, wanneer men voldoet aan de voorwaarden van het vervroegd pensioen, sterker te belonen’.
In punt 5 staat: ‘De voorwaarden die gesteld worden m.b.t. de lengte van de loopbaan opdat men toegang zou hebben tot het pensioen moeten een eenvormige invulling krijgen over de verschillende stelsels; verschillen inzake de vereiste loopbaan of inzake de leeftijd die toegang geeft tot pensioen, moeten op een objectieve basis kunnen gerechtvaardigd worden. Ook moet worden vermeden dat via andere systemen een vervroegde uitstap wordt gerealiseerd zonder dat is voldaan aan loopbaan- en leeftijdsvoorwaarden die in het pensioenstelsel gelden.’
Kort samengevat: de leeftijdscriteria voor vervroegd ??n wettelijk pensioen zullen moeten blijven evolueren in de toekomst. En omdat de nadruk wordt gelegd op de lengte van de carri??re betekent dit dat mensen continu tot langer werken zullen moeten aangezet worden. De laatste jaren werden er reeds een boel maatregelen genomen als voorbereiding op de leeftijdsverhoging: premie voor 50-plussers als ze overstappen naar lichter werk, overschakeling van nacht- naar dagarbeid voor 55-plussers, regelingen rond tijdskrediet vanaf 55 jaar en recht op outplacement en loopbaanbegeleiding. Deze maatregelen hebben eigenlijk maar ‘?n bedoeling: ervoor zorgen dat de oudere werkactieven langer willen en kunnen werken tot aan de voorziene pensioenleeftijd. En dit is een probleem want Belgi?? is een zeer slechte leerling in Europa.
3. Regeerakkoord
Hieronder een klein overzicht van de meest opvallende maatregelen die de huidige regering besliste:
De loopbaanvoorwaarden voor vervroegd pensioen zouden de volgende jaren als volgt veranderen. Op korte en middellange termijn worden dus de voorwaarden voor vervroegd pensioen veranderd, iets wat reeds onder Di Rupo begonnen was en nu verder gaat
De wettelijke pensioenleeftijd wordt in 2025 verhoogd naar 66 jaar en tot 67 in 2030.
De pensioenbonus zal afgeschaft worden vanaf 1 januari.
Voor collectief brugpensioen bij herstructureringen en sluitingen wordt de instapleeftijd vanaf 2017 worden verhoogd van 55 jaar naar 60 jaar. Ten slotte wordt de instapleeftijd voor zware beroepen (nachtarbeid, bouw’) en lange loopbanen opgetrokken naar 58 in 2015 en 60 jaar tegen 2017.
Het door de commissie voorgestelde puntensysteem komt er vanaf 2030. ( zie later)
Uit onderzoek blijkt dat er binnen de bevolking grote meningsverschillen bestaan over deze topics. Hoogopgeleiden zijn bereid om langer te werken omdat ze veel tijd in hun opleiding gestoken hebben. Mensen met fysiek zwaardere functie, zoals arbeiders, wensen en hopen vroeger te kunnen stoppen dan bedienden.
‘Wie wil het langste werken? 45-plussers, mannen, hoger opgeleiden, voltijds werkenden, leidinggevenden en kaderleden.
Wie denkt het langst te moeten werken? Jongeren, hoger opgeleiden, voltijds werkenden, bedienden en kaderleden.’ (ref.
4. Mogelijke oplossingen
Een mogelijke oplossing tot het vinden van een eerlijk systeem werd door de commissie pensioenhervorming voorgesteld. Zij stelden voor om mensen tijdens hun carri??re punten te laten verzamelen. Deze punten zouden niet afhangen van hoeveel men betaalde aan de pensioenkassen/ sociale zekerheid, maar zouden afhangen van het aangegeven arbeidsinkomen.
Tevens stelden zij voor om iemands loopbaan telkens te vergelijken met een soort standaard referentieloopbaan. Als je bv stelt dat ‘carri??re x’, 45 punten heeft als referentie en je hebt er slechts 43 behaald, dan zal je pensioen ook lager liggen.
Wat dan te doen met de zware beroepen? Het is logisch dat sommige mensen een veel zwaardere job hebben dan anderen, een metser die in weer en wind zit kan je niet vergelijken met een ambtenaar die lekker warm op zijn stoel zit. De commissie stelde o.a. voor om deze beroepen hun punten met een bepaald cijfer te verhogen zodat ze sneller aan het aantal referentiepunten zou geraken.
Langer maar anders werken: Om mensen langer gemotiveerd te houden, kan men kiezen uit een hele reeks aan maatregelen zoals functiewijzigingen, ergonomische aanpassingen, aanpassing aan de werktijd (verkorting arbeidstijd, geen nachtwerk, geen overwerk), en meer specifiek voor de ouderen, deeltijdpensioen.
5. Conclusie
Het probleem rond de pensioenleeftijd is zeer gecompliceerd. De verlenging van de pensioenleeftijd is echter noodzakelijk. Het zal geen makkelijke oefening worden om een goed evenwicht te vinden tussen kwaliteit en kwantiteit.
Vlaanderen heeft 3 grote richtpunten voor zich opgesteld, waarop de aandacht gericht wordt. Dat zijn vertrouwen, verbinden en vooruitgaan.
Vertrouwen in ons eigen kunnen. Vlaanderen heeft alle kwaliteiten en talenten om onze doelen te realiseren. Vlaanderen wil bij de Europese top 20 behoren tegen 2020, op vlak van welvaart en welzijn. De eerste richtpunt van het regeerakkoord is dat we moeten vertrouwen in elkaar, dus met andere woorden vertrouwen betekent verbinden zodat we samen er op vooruit kunnen gaan. Vertrouwen hebben in elkaars kwaliteiten en talenten is een belangrijk aspect om te kunnen evolueren als samenleving, met andere woorden moeten we allemaal inspanningen leveren, om onze doelen te bereiken. We zullen dit vooral in het begin voelen, maar alleen zo kunnen we groeien waaruit we een goed eindresultaat kunnen bereiken. Deze regering wil in de eerste plaats onze economie en de zorgsector verbeteren.
Meer concreet zal dit gebeuren door onder andere het Vlaams binnenlands bestuur een interne hervorming zal ondergaan door de bevoegdheden van de gemeenten te uitbreiden en hen meer vertrouwen en verantwoordelijkheid te geven; zo worden de OCMW’s volledig in de bevoegdheden van de gemeente ge??ntegreerd, maar dit betekent dat de gemeenten tegelijkertijd wel onafhankelijk blijven. Wanneer de gemeentelijke bevoegdheden worden uitgebreid, kunnen de gemeenten (elk op hun eigen grondgebied), de middelen en het personeel dat in eigendom is van de Vlaamse overheid overnemen.
Maar de gemeenten die willen samenwerken met andere gemeenten, worden bijgedragen met een financi??le bonus en door hen bijkomende bevoegdheden toe te kennen aan de middelgrote steden en gemeenten, en de grootste steden. Bij de grootste steden worden de steden met meer dan 100000 inwoners gerekend, de middelgrote steden en gemeenten moeten een inwonersaantal van meer dan 25000 hebben. Wanneer deze bevoegdheden toegekend zijn, hebben de grootste steden de mogelijkheid om af te wijken van de Vlaamse regelgeving, maar er moet wel degelijk gemotiveerd worden. Er zal minder bestuurlijke regels zijn en meer gemeentelijke democratie dit wil zeggen dat de gemeente meer inspraak zal hebben.
Voor het toekennen van de nieuwe bevoegdheden of taken aan de steden of gemeentes moet er altijd overgelegd worden met de lokale besturen. De lokale besturen hebben ook een groter beleidsruimte en beleidsvrijheid. Ook zullen er veel normen worden herzien; dit gaat zowel over decreet als gewone uitvoeringsbesluiten. Zij moeten altijd betrekking hebben op de hoofdlijnen van de wetgeving. Er zullen ook subsidies toegekend worden aan lokale besturen zoals het cultuurbeleid, jeugdbeleid, sportbeleid, onderwijsbeleid,’
Men zal aan het territorialiteitsbeginsel vasthouden, waarbij het Nederlands als algemene bestuurstaal geldt, zelfs ook in de faciliteitengemeenten. (= gemeenten waar er mogelijkheden zijn voor de inwoners van het andere landstaal) Er wordt streng opgetreden, wanneer er vastgesteld of vermoed wordt dat de gemeentebesturen de taalwetgeving niet respecteren of overtreden. De principe van de omzendbrieven (= brieven die richtlijnen bevatten die worden uitgevaardigd door een Vlaams minister, ze worden verstuurd aan de ondergeschikte instellingen waarover hij macht heeft en controle uitoefent.) blijft behouden door de Vlaamse Regering, die eigenlijk als een communicatiemiddel geldt tussen de overheden en de burgers in de faciliteitengemeenten.
De bevoegdheden van de provincies wordt beperkt tot de grondgebonden bevoegdheden. De persoonsgebonden bevoegdheden worden afgenomen. De provincies oefenen geen bovenlokale taken meer uit en mogen ook geen gebiedsgebonden beslissingen nemen, in steden met meer dan 200 000 inwoners. De provincies zullen de opbrengsten die ze uit de belastingen van de inwoners halen, moeten terugbetalen aan die steden met meer dan 200000 inwoners. Het totale aantal provincieraadsleden wordt gehalveerd en het aantal deputatieleden wordt beperkt tot 4 personen.
De voornaamste doel van elke economie is een duurzame economische groei cre??ren en de welvaart te versterken door innovatie en ondernemerschap aan te moedigen. Dit brengt met zich mee dat, wanneer er meer nieuwe investeerders en ondernemers zijn hoe sterker onze economie staat en hoe meer jobs er kunnen worden gecre??erd en er meer werkgelegenheid er is in een voldoende competitieve markteconomie. Nieuwe investeerders en zelfstandigen worden ondersteund en beloond, zo moet de overheid de zelfstandigen en ondernemers zo weinig mogelijk administratieve lasten opleggen, om dat gedrevenheid van ondernemerschap te verhogen.
De ondernemingen wordt vertrouwen gegeven door hen te bevrijden van administratieve en andere lasten waarbij de ondernemingen zich moeten concentreren of beter gezegd de focus wordt gelegd op innovatie, onderzoek en ontwikkeling en andere vormen van steun aan onderneming. Ondernemen cre??ert een groter toegevoegde waarde en een groter toegevoegde waarde zorgt voor meer inkomen en winst en be??nvloedt zo de welvaart en welzijn. De overheidsbeleid gaat meer aandacht besteden aan de vraag van de consument en de markt van vragers en aanbieders in zijn geheel. Hiermee wordt de doel bereikt dat ondernemers zich gewaardeerd voelen en rechtszekerheid hebben. De ondernemers en het overheidsbeleid worden met elkaar verbonden waarbij er meer doorzichtigheid of transparantie is voor de markt en de economie. Het Agentschap Ondernemen en het IWT (agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie) worden samengevoegd tot ‘?n Agentschap voor Ondernemen en Innovatie.
Een ander richtpunt is het verenigingsleven; men gaat hen zo veel mogelijk vertrouwen geven en zo min mogelijk regels en minder administratieve lasten opleggen, zodat ze zich kunnen richten op hun werking. Zo moeten de verenigingen niet enkel priv?? blijven, maar men wil er voor zorgen zodat de verenigingen mee betrokken geraken in onze samenleving en de basis vormen voor het toekomsttraject.
Vlaanderen wordt voorbereid op een vierde industri??le revolutie. Deze industri??le vernieuwing is vooral belangrijk voor nieuwe en jonge bedrijven, zodat ze nog meer kunnen groeien. De achterstand op het vlak van innovatie bij KMO’s moet verdwijnen, ze moeten worden begeleid door hen beter te begeleiden en hen toch innovatiesteun te bieden. Ze zullen financi??le innovatiesteun krijgen en men gaat proberen te voorkomen dat bedrijven failliet gaan, met andere woorden gaat men op zoek naar een win-win situatie waarbij zowel bedrijven als de consumenten er baat bij hebben.
Boeren en tuiniers zijn ook belangrijke ondernemers die steun nodig hebben, ook worden zijn gemotiveerd om te evolueren en groeien. Duurzame groei voor een duurzame en economisch leefbare landbouw is het objectief. Meer concreet dus enerzijds gaat men de sector landbouw stimuleren, maar anderzijds wilt men ook de milieudruk laten dalen. Landbouw vergt ook veel natuurlijk ruimte en zijn er hiervoor plannen nodig om vooruit te gaan door onder andere te zorgen voor betere plannen m.b.t. de mobiliteit, milieu en natuur. Boeren die met landbouw (vee, akkerbouw, landbouwbedrijven,’) bezig zijn worden aangemoedigd zodat de duurzaamheid en financi??le zekerheid is verzekerd voor de boeren.
De landbouwsector, meer concreet de agrovoedingssector, is heel belangrijk voor onze economie, omdat het meer dan 40000 bedrijven telt, waarbij het ook een tewerkstelling van 155000 personen heeft. De sector bevindt zich in een economisch voordelige positie, waarbij er altijd een groei op te merken is door alsmaar de stijgende export. Deze sector bezit 10% van de algemene exportcijfer van ons land en waarbij het een positief handelssaldo van meer dan ‘4,7 miljard heeft. Dus de landbouw kan inderdaad een belangrijk aanzet zijn tot meer welvaart in ons land.
Ook zullen er investeringen in het hoger onderwijs gebeuren Met het huidige onderwijsniveau van Vlaanderen, zijn er geen negatieve punten te vinden, maar men wil investeren in extra middelen zoals vernieuwing van schoolgebouwen en cre??ren van nieuwe schoolgebouwen in drukke steden en gemeentes. De overheid gaat de doelstellingen en voorwaarden bepalen voor een kwalitatief onderwijs en geeft de scholen de vrijheid, om deze te bereiken. Aan de beroepsgerichte opleidingen in het secundair onderwijs wordt ook extra aandacht besteed. Kwaliteitsvolle leerkrachten zijn ook een must-have bij de ontwikkeling van een betere onderwijs. Aan de lerarenopleiding wordt meer aandacht besteed en wordt er van de leerkrachten verwacht dat ze zich geregeld laten bijscholen. Er wordt gestreefd naar betere studierichtingen, die te pas komen op de arbeidsmarkt, en ook in het hoger onderwijs. Er zal gestreefd worden om te voorkomen dat jongeren school niet-afgestudeerd verlaten. Ook wil men proberen te voorkomen dat jongeren die afstuderen aan het hoger onderwijs niet werkloos blijven, maar aan een job geraken. Het Vlaams onderwijs wil ervoor zorgen dat deze minpunten zoals kennis van elk kind dat afstudeert, verruimen, ontwikkelen, zodat ze later op de arbeidsmarkt zich kunnen vinden en de uitdagingen aankunnen en kunnen bijdragen aan onze samenleving, bereikt wordt.
Een ge??ntegreerd talenbeleid wordt ingevoerd waarbij buitenlanders worden aangemoedigd het Nederlands leren. Zowel de binnenlandse talenkennis van het standaard Nederlands als die van de moderne vreemde talen wordt gemotiveerd. Zo kan er in een later stadium, het onderwijs, in plaats van het Nederlands, ook in het Frans, Engels of Duits aangeboden worden. Wanneer de kennis van het Nederlands bij werkzoekenden wordt gestimuleerd, dan kan er op de arbeidsmarkt de vraag en aanbod beter op elkaar worden afgestemd, waarbij werkzoekenden sneller aan een job geraken. Wanneer er een bepaald persoon een opleiding Nederlands is opgelegd, en dat persoon, deze opleiding weigert, wordt hij gesanctioneerd.
Economie en groei, dat kunnen we ook binden met toerisme en cultuur. Met het Toerismepact 2020 zal toerisme meer worden verbonden door meer samenwerking met de toeristische sector. Zo gaat men proberen om meer recreatieparken, fietsenpaden, wandelpaden,’ te cre??ren. Tot 2018 blijft Vlaanderen de Grote Wereldoorlog herdenken. En dit gaat men doen door onder andere van Vlaanderen een toeristische plaats te maken waar vrede en herdenkingsmonumenten van de Wereldoorlog zijn door onder andere de belangrijkste begraafplaatsen en gedenktekens van de frontstreek.
Door de toenemende vergrijzing wordt het alsmaar moeilijker om de werkzaamheidsgraad te verhogen en het is vanzelfsprekend, wanneer men groei wil waarnemen, er meer mensen aan het werk moeten zijn op de arbeidsmarkt. Dit gaat men doen door aanbod en vraag maximaal op elkaar af te stemmen. De vooropgestelde doel is om de werkzaamheidsgraad tegen 2020 op te trekken tot 76%. Jonge werkzoekenden moeten sneller aan een job geraken en er zal een uitbreiding zijn van de leeftijd van 65 jaar voor oudere werkzoekenden. De werklozen zullen strenger opgevolgd worden of ze wel voldoende inspanningen leveren, om aan het werk te komen. Indien een werkzoekende niet voldoende inspanning levert of de afspraken niet nakomt, zal hij worden gesanctioneerd.
Armoede is een internationaal probleem, die ook op het nationaal niveau moet aangepakt worden. De Vlaamse regering wil de armoede sterk terugdringen en ervoor zorgen dat mensen meer zelfredzaam worden. De klemtoon wordt vooral gelegd op het bestrijden van kinderarmoede wat soms kan leiden tot een generatiearmoede. Gelijke kansen voor iedereen garanderen en discriminatie tegengaan, zijn ook belangrijke prioriteiten om armoede te bestrijden en voorkomen. Zo moet elk klasse of bevolkingsgroep (vrouwen of mannen, ouderen of jongeren, autochtone of allochtone mensen,’) betrokken worden in de arbeidsmarkt.
Voor bepaalde mensen met een bepaalde handicap (mentaal, fysisch, of psychisch) is het moeilijk om onmiddellijk aan een job te geraken. Daarom wordt een soort van ‘doelgroepenbeleid’ ingevoerd, wat inhoudt dat er een beperking tot jongeren, mensen die ouder zijn dan 55 en mensen met een bepaalde handicap m.b.t. arbeid zal zijn op de arbeidsmarkt wat leidt tot effectiviteit. Er worden onder andere de loonkosten van deze doelgroepen verlaagt en ze krijgen meer kansen op de arbeidsmarkt om aan een job te geraken. Om knelpuntberoepen beter in te vullen, zullen werkzoekenden een beroepsgerichte opleiding volgen die praktijkgericht is. Tegen het einde van deze regeerperiode zal er tot een half miljard euro uitgegeven worden voor de realisatie van deze plannen met betrekking tot onze economie.
Het systeem van de dienstencheques is heel belangrijk om zwartwerk tegen te gaan. Zo worden veel laaggeschoolde en langdurig werkzoekenden aan het werk gezet en heeft men controle op zwartwerk. Laaggeschoolden en langdurig werklozen moeten betere ge??ntegreerd worden en ook mensen van vreemde herkomst moeten zich integreren door zo snel mogelijk het Nederlands te leren.
Ook voor de zorg en hulpverlening gaat er evenveel uitgegeven worden. Een volwaardige Vlaamse Sociale Bescherming wordt uitgebouwd; die sociaal en zeker is. Vooral voor de personen met beperking gaat men extra investeren. Een volksverzekering met rechten en uitkeringen, dat wordt uitgekeerd op basis van aantal inwoners en met betaling van een premie, vormt de basis. De Vlamingen in Brussel zijn niet verplicht, ze zullen vrijwillig de keuze hebben om toe te treden of niet tot de systeem van de volksverzekering. In Vlaanderen is de toetreding tot de volksverzekering verplicht.
Het systeem van de kinderbijslag wordt ook gewijzigd; elk kind is gelijk, dus wordt ook een gelijke basis kinderbijslag gegeven. Kinderen met bijzondere zorgnoden, wezen, kinderen die opgroeien in een gezin met een laag inkomen, wordt er ook een sociale bijdrage gegeven, waarbij er met de gezinsgrootte rekening gehouden wordt.
Op het vlak van kinderopvang wordt het aanbod verder uitgebreid, via subsidiebedragen aan kinderopvang bedrijven wordt er voorkomen dat deze verdwijnen. Aan kinderen van ouders die werken en/of een opleiding volgen dat betrekking heeft op het beroep dat de ouders uitoefenen, krijgen deze ouders voorrang en ook voor de kinderen uit kwetsbare gezinnen wordt kinderopvang meer toegankelijk gesteld.
Verbetering van de mobiliteit is ook belangrijk en is de Vlaamse overheid volop bezig met het verbeteren van de verkeersinfrastructuur. Hier legt men de nadruk op een betere en veilige bereikbaarheid via het openbaar vervoer. De veiligheid van voetgangers, fietsers en motorrijders en een betere onderhoud van het wegennet zijn belangrijke richtpunten. Ook investeringen in meer comfortabele openbaar vervoer en verlaging van tarieven staan op het plan. Maar de controle op zwartrijders wordt strenger.
Doordat er alsmaar meer en meer verkeersdoden vallen, wordt er ook al een effici??nte verkeersveiligheidsplan ontwikkeld.
Maar ook veranderingen in het natuurbeleid zijn van groot belang. Door samenwerking met de Europese Unie, voornamelijk de Europese instellingen gaat men proberen om de natuur en ecologie te beschermen en zo mee bij te dragen aan economische groei. Zo zal Vlaanderen streven naar een natuurvriendelijke leefmilieu. Er moet dan een strikte en correcte toepassing zijn van de Europese regels, om milieuvervuiling tegen te gaan. Omdat de verontreiniging heel veel geld kost voor de overheid, wordt er een principe ingevoerd dat luidt: ‘Wie vervuilt, die betaalt.’
Vlaanderen is een dichtbevolkt gebied. De bevolking neemt ruimte in beslag, moet zich verplaatsen, verbruikt grondstoffen, heeft voedsel nodig, produceert afval, vervuilt grond, lucht en water,’ dus moet men meer en meer aandacht besteden aan de natuurlijke open ruimte, mogelijkheden cre??ren voor meer kwalitatieve woningen en ervoor zorgen dat er voldoende ruimte is voor de ondernemingen. Men moet zuiniger zijn en ‘het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen’ zal ervoor zorgen dat er evenwicht kan zijn tussen natuurlijke ruimte en bebouwing, waarbij we oog kunnen hebben op natuur, zonder ook de bebouwing in de weg te staan.
Deze beleidsplan houdt in dat de 19 gemeenten van de Vlaamse Rand groen blijven en dat dit beleid de gemeentebesturen gaat bevorderen in de verwezenlijking hiervan. Deze beleid die betrekking heeft op onder andere de leefomgeving van de Vlaamse bevolking, wordt gesteund door de Europese Unie. Milieuvervuiling wordt strenger bestraft en wie zorg draagt voor het milieu wordt beloond en bevorderd. Door de verwachte bevolkingstoename en de toenemende gezinsverdunning zal de vraag waarschijnlijk naar bijkomende woongebied blijven toenemen. Ook door vergrijzing hebben we alsmaar meer woningen nodig. Er is al een schatting gemaakt van ongeveer 93000 meer vraag naar woningen tegen 2020. Dit kan niet zomaar, doordat Vlaanderen al heel dichtbevolkt is, dus zullen de alternatieven verdichting of hergebruik van woningen moeten zijn, op plaatsen waar dit mogelijk is. Ook om de economie en ondernemingen te laten evolueren, moet er meer plaats voorzien worden; zoals meer ruimte voor bedrijventerreinen.
Wonen is dus een basisrecht waar iedereen nood aan heeft met andere woorden moet men comfortabele en betaalbare woningen in een leefbare omgeving beschikbaar stellen voor de bevolking. Het is de taak van de overheid om genoeg woningen beschikbaar te stellen voor de bevolking, waarbij verschillende gemeentes en hun steden een belangrijk rol hierbij hebben in het lokale woonbeleid. De Vlaamse overheid zal de regelgeving proberen te beperken, zodat de lokale besturen hun woonbeleid kunnen aanpassen aan de noden en de behoeften van hun inwoners. Eigendomsverwerving wordt gestimuleerd en ondersteund met een financi??le bijdrage, maar men moet zich er tegelijk van bewust worden wat voor impact dit heeft op de financi??le kant van de overheid; Kan de overheid deze budgettaire ondersteuning zomaar dragen en is het duurzaam en wat voor invloed heeft het op de vastgoedmarkt?
Een ander prioriteit is water, het is levensnoodzakelijk, iedereen heeft het nodig en zo moet het water ook drinkbaar, niet te duur en beschikbaar zijn. Er wordt met de drinkwatermaatschappijen een verdrag gesloten waarbij men een beter kwaliteit van drinkwater wil garanderen voor de bevolking, en waarbij er ook een groter hoeveelheid van water voor de consumptie van consumenten ter beschikking staat. De kosten die betrekking hebben met het vervuilen van water moeten aan de vervuilers doorgerekend worden. Er wordt een stookolietankfonds opgericht die als doel heeft om in de komende jaren alle saneringen van vervuilde bodems in kwetsbare gebieden te verontreinigen. Natuurlijk gaat men de aandacht richten aan vruchtbare en of nuttige gronden.
Een ander prioriteit waarop men zich gaat richten is energie en het inzetten op het effici??nt gebruik van energie. Doelgericht en effici??nt omgaan met energie brengt vele voordelen met zich mee; zoals een lager energiefactuur, minder uitputting van energie. Dit staat ook in het kader van de Europese klimaatdoelstellingen. Zoals energiebesparing of energie op een effici??nte manier gebruiken is hernieuwbare energie ook ‘?n van de klimaatdoelstellingen.
Er komt ook een strengere controle op energiefraude en gaat men er preventieve maatregelen tegen nemen. Mensen die aanzienlijk minder energie verbruiken zullen ook energiepremies krijgen.
Vlaanderen heeft niet enkel nood aan een binnenlands sterk beleid, maar ook aan een buitenlands sterk beleid, waarbij zijn positie verzekerd is. We zijn een open samenleving en zijn dan ook gericht op het buitenlands karakter/ wereld. Zo moet je om economische groei te realiseren, de internationale context van economie goed beheersen en integreren in je binnenlands beleid en je concurrentiepositie versterken, om later geen achterstand te hebben. Zo is de internationalisering van de Vlaamse economie een belangrijk prioriteit, waarop aandacht wordt gevestigd. Zo zorgen buitenlandse investeerders voor bijna de helft van alle werkgelegenheid en jobs die er in Vlaanderen zijn, dus het is van een heel groot belang voor elke Vlaming en zijn persoonlijke welvaart, dat het systeem van een open economie wordt aangemoedigd.
De welvaart en welzijn van Vlaanderen hangt niet volledig, maar voor een goed deel af van hoe we omgaan met de wereld en de uitdagingen die hieraan verbonden zijn. Om Vlaanderen te integreren in het Europese Unie, is het belangrijk dat men vooral de samenleving hierbij betrekt. Zo moet Vlaanderen niet enkel regels en richtlijnen volgen die de Europese Unie oplegt, maar moet de parlement die de Belgische bevolking vertegenwoordigt, actief meewerken aan het Europees beleid. Dus de interactie tussen de Vlaamse en de Europese instellingen moet vergroten. De verantwoordelijke Vlaamse ministers moeten altijd beschikbaar zijn voor het Vlaams Parlement om de Vlaamse standpunten op Europese ministerraden duidelijk weer te geven en indien nodig toe te lichten. De EU-richtlijnen moeten niet ruimer ge??nterpreteerd worden dan noodzakelijk is. Er worden duidelijke afspraken gemaakt tussen de federale overheid en de deelstaten over hoe de aansprakelijkheid moet verdeeld worden. Bijvoorbeeld er wordt een Europese boete opgelegd, wie kan hiervoor aansprakelijk gesteld worden?
De Vlaamse overheid zal in de eerste plaats zelf heel wat moeten besparen om de vooropgestelde doelen te kunnen realiseren. De besparing moet gebeuren in zijn eigen uitgaven, maar tegelijkertijd zouden de ambtenaren meer vertrouwen en verantwoordelijkheid moeten krijgen. De gemeenten zouden meer onafhankelijkheid en vertrouwen krijgen van de overheid. De taken van de provincies zou strikt beperkt moeten worden tot de grondgebonden bevoegdheden.
De zesde staatshervorming zorgt niet enkel voor wijzigingen, maar ook voor heel wat bijkomende bevoegdheden. Zo zal Vlaanderen vanaf deze staatshervorming over de bevoegdheid beschikken om Europese uitbetalingen te controleren die gebeuren. Dit houdt meer concreet in dat de Vlaamse regering het beleid zal uitstippelen hoe een vlotte betaling op een eenvoudige en effici??nte manier kan gebeuren.
1. Regeerakkoord Vlaamse regering
Er zijn drie Vlaamse drieluiken voor de toekomst: vertrouwen, verbinden en vooruitgaan.
Vertrouwen in ons eigen kunnen. Vlaanderen heeft alle kwaliteiten en talenten om onze ambitie te realiseren.
Vlaanderen wil tegen 2020 bij de Europese top 20 op vlak van welvaart en welzijn. We moeten ook vertrouwen in elkaar dit wil zeggen dat vertrouwen ook verbinden betekent zodat we samen vooruit kunnen gaan. We moeten allemaal inspanningen leveren we zullen dit de eerste twee jaren voelen alleen zo kunnen we groeien zodat we een goed eindresultaat hebben.
Deze regering wil in de eerste plaats een stroomstoot geven aan onze economie en zorg. Dit doen we door ondernemingen vertrouwen te geven door hen te bevrijden van administratieve en andere lasten. Tegen het einde van deze regeerperiode geven we voor onze economie tot een half miljard euro. Ook voor de zorg geven we zoveel uit.
Door de inspanningen die de eerste jaren werden geleverd, kunnen we ook investeren in onderwijs, de verbetering van onze mobiliteit, in de natuur, landbouw, cultuur, sport’
Als we dit willen bereiken moet de Vlaamse overheid besparen. De ambtenaren krijgen ook meer vertrouwen en verantwoordelijkheden. De entiteiten worden krachtig verminderd.
De gemeente krijgt meer onafhankelijkheid en vertrouwen en de taken worden beperkt van de provincies tot de grondgebonden bevoegdheden.
Het doel is om een kleinere overheid met meer klantvriendelijkheid en minder administratieve lasten.
Vlaanderen vecht nog steeds met de gevolgen van de economische crisis. Enerzijds verschaft De zesde staatshervorming extra bevoegdheden, maar anderzijds staan we voor budgettaire uitdagingen zoals meer jobs, betere kwaliteit van water, bodem en lucht,’
Met een begroting in evenwicht.
Om te verenigen in het leven zijn vertrouwen en verbinden de woorden die we nodige hebben. We geven verenigingen minder regels zodat ze zich meer kunnen bezighouden met de werking. Dit regeerakkoord is een verbintenis voor de voorruitgang van onze maatschappij.
De Vlaamse overheid bepaalt de grote doelstellingen van het Vlaamse beleid. Om deze doelstellingen te realiseren krijgen gemeenten het vertrouwen en bepalen zelf welke middelen en mensen ze hiervoor willen inzetten.
Een blijvende infrastructuur en een vlotte bereikbaarheid is heel belangrijk voor de economie en ook voor de private verplaatsingen.
Een effici??ntere verkeerswegennet lossen we het probleem van de grootste congestiepunten Antwerpen en Brussel.
Om de verkeersdoden naar nul te brengen moeten we ervoor zorgen dat we tegen 2020 niet meer dan 200 mensen te leven komen in Vlaanderen.
We maken het openbaar vervoer meer aantrekkelijker door comfortabele voertuigen in te zetten en eenvoudige dienstverlening zodat er meer mensen het gebruik gaan maken van het openbaar vervoer. De kostendekkingsgraad van De Lijn wordt verhoogd.
Het onderwijs van Vlaanderen is heel goed en daar mogen we trots op zijn. Zo kunnen we verder bouwen. We moeten ons richten op knelpunten en dit verstandig oplossen. Om dit te kunnen oplossen moeten we investeren in extra middelen in de schoolgebouwen. De leerkrachten spelen een grote rol voor de kwaliteit van ons onderwijs.
we motiveren leerkrachten en directies door ze vertrouwen te geven. We proberen kinderen van drie jaar al naar school te sturen. We willen minder studierichtingen maar ook betere studierichtingen die instemmen op de arbeidsmarkt.
We moedigen scholen aan om de kennis van het Nederlands te versterken door initiatieven te voeren. Om de talenkennis te bevorderen organiseren we actief talenbeleid van het Standaardnederlands en moderne vreemde talen. De ouders motiveren we ook om het Nederlands te leren.
In 2018-2019 voeren we voor het hoger onderwijs niet-bindende toelatingsproeven voor alle richtingen. We willen de flexibilisering verwijderen en het rationaliseren van het hogeronderwijsaanbod. We gaan toch uitdagingen aan terwijl we inkomsten en uitgaven in balans willen houden. Vanaf 2015 zal de begroting in evenwicht zijn. Doordat we dit op korte termijn gaan realiseren zal de begroting in evenwicht zijn en kunnen we snel een beleidsruimte cre??ren en een ambitieus concept tot stand brengen.
Als we dit evenwicht willen behouden dan moeten we zware inspanningen leveren en dit moet van iedereen komen van de inkomsten
2. Federaal regeerakkoord wijzigt onze pensioenen en verlofstelsels
De federale regering wilt tegen 2030 de pensioenleeftijd verhogen van 65 jaar naar 2030. Dit heeft premier Charles Michel bevestigd toen hij dit federale regeerakkoord bevestigde. Er blijken nog meer ingrepen te komen bij onze pensioen. Dit zijn intenties die de komende jaren en maanden nog door de federale overheid in wetten of Koninklijke besluiten moeten gegoten worden en onderhandeld worden met sociale partners.
‘ Vanaf 1 januari 2015 wordt de pensioenbonus afgeschaft. Dit pensioenbonus is een bijkomend bedrag voor wie langer wilt werken en niet vroeg op pensioen willen gaan. Mensen die een pensioenbonus aan het opbouwen zijn, blijft zijn verworven pensioenbonus behouden.
‘ De voorwaarden voor een vervroegde pensionering blijven na 2016 strenger worden. Om een vervroegd pensioen te krijgen moet je een loopbaan hebben van 41 jaar en 62,5 jaar oud zijn. In 2018 wordt de minimumleeftijd 83 jaar. Vanaf 2019 moet u een loopbaan van 42 jaar hebben voorgelegd. Je mag op pensioen vanaf je 60 of 61 jaar als je een loopbaan hebt van 43 of 44 jaar.
‘ Er zijn ook overgangsmaatregelen: wie aan de voorwaarden voor een vervroegde pensioen voldoet voor het einde van 2016, mag met die voorwaarden met vervroegde pensioen na 2016.
2.1. Diploma telt niet meer mee
De federale regering wil verder ook mogelijkheden zoeken voor het pensioenstelsel voor de statutaire ambtenaren. De federale regering heeft een aantal idee??n op papier gezet om te onderhandelen met de vakbonden.
3. ‘Regeerakkoord unaniem positief onthaald door eurogroep’
Tijdens een vergadering in Luxemburg heeft de minister van Financi??n Johan Van Overveldt (N-VA) het regeerakkoord verklaard van de eurogroep, de ministers van Financi??n van de eurozone.
Het Belgische budget werd 22 oktober aan de Commissie overgemaakt een week later dan de wettelijk voorziene deadline van 15 oktober, dit liet de minister van Begroting Herv?? Jamar weten. Dit was doordat de Franse Gemeenschap en het Waals Gewest hun begrotingshuiswerk niet op tijd hadden gemaakt.
‘We zullen een beperkte presentatie van de begroting doen, dit zijn we overeengekomen met de Europese Comissie’, zei Van Overveldt. Hij gaf toe dat dit niet optimaal is, maar de Commissie liet weten dat dit net binnen de grenzen van het haalbare is.
Je moet serieus blijven. De begroting moeten we correct voorleggen, maar ook correct uitvoeren. Belgi?? kan met een positief gevoel tegemoet gaan over de begroting.
4. Ondernemers positief voorzichtig over regeerakkoord
De Brusselse werkgeversorganisatie Beci is voorzichtig positief over het regeerakkoord.
Beci vindt het positief dat de nieuwe regering zicht wilt focussen op onderwijs en opleiding om jeugdwerkloosheid te voorkomen. In de overeenkomst ziet Beci dat de intentie over het werk en de administratie van de bedrijven eenvoudiger worden gemaakt.
De fiscale lasten moeten naar omlaag, zegt Jan De Brabanter van Beci, want er zijn weinig middelen. We moeten de komende jaren streven naar een vermindering en niet enkel kijken naar de harmonisatie van de fiscale stelsel. Een fiscaal pact met 19 gemeenten.
Voor de mobiliteit maakt Beci zich wel zorgen, omdat de beschikbaarheid van het openbaar vervoer of meer transitparking er niet is en als maar meer parkeerplaatsen verdwijnen.
De Vlaamse ondernemingen zien positieve punten in het Brussels regeerakkoord. Over de inzet voor een betere mobiliteit en de prioritaire aanpak van jeugdwerkloosheid.
Voor de toekomst van de luchthaven en het in orde brengen van de weginfrastructuur daar wordt er wel over getwijfeld omtrent de inzet van Brussel. De motivatie is zeer klein om bijkomende investeerder te vinden en aan te trekken.
De technologiefederatie Agoria is tevreden dat er meer rekening wordt gehouden met de jongerenwerkloosheid, maar hopelijk worden de oude werknemers niet uit het oog verloren.