Essay: Shopgedrag onder jongeren (Shop behavior among young people)

 

Aanleiding

Partnerkeuze

Vorig jaar kregen we de opdracht om een partner en twee vakken te kiezen waar je het liefst bij wilde zitten. Wij hebben daarbij elkaar gekozen, omdat we wel zeker wisten dat we onze PWS samen goed zouden voorbereiden en er zeker wel een goed cijfer voor kunnen halen. Ook hebben wij elkaar gekozen omdat we echte doorzetters zijn en niet alles van elkaar zullen verwachten, maar juist alles samen zullen doen. Dit hebben wij dan ook wel ervaren in de voorgaande schooljaren met Praktische Opdrachten en dergelijke. Wij geven niet zo snel op en gaan dan ook door tot het uiterste. Ook zijn wij heel erg gemotiveerd om er iets moois van te maken.

Onderwerp

Als tweede kwam ons onderwerp aan de orde. Ons onderwerp voor ons PWS is het shopgedrag onder jongeren. Wij hebben voor dit onderwerp gekozen omdat we een onderwerp moesten kiezen dat goed paste bij het vak waarbij we ingedeeld werden. Het vak waarbij we zijn ingedeeld is Management & Organisatie. Daarbij past het onderwerp shoppen goed, omdat verkopen te maken heeft met marketing. Ook vinden we het leuk om meer kennis op te doen over shoppen en vinden we het interessant om te weten hoe het winkelen allemaal is begonnen. Dat gaan we dan ook allemaal onderzoeken, het shoppen van oudsher tot nu.

We hadden gelukkig al een kleine voorsprong op het PWS, omdat wij vorig jaar een Praktische Opdracht voor het vak Aardrijkskunde moesten maken over een winkelketen. Wij hebben toen voor de winkelketen Zara gekozen en wij gaan dus ook informatie uit deze Praktische Opdracht in ons PWS verwerken.

De bronnen

Wij hebben alleen het internet gebruikt voor ons PWS. De bronnen staan hieronder weergegeven:
1. http://www.newglobalnetwork.nl
2. http://www.zara.com
3. http://www.mixitup.nl
4. http://www.wikipedia.nl
5. http://www.indemode.nu
6. http://www.foobie.nl
7. http://www.wierook.nl
8. Onze aardrijkskunde PO
9. Eigen kennis en meningen

Eigen onderzoek-deel

Wij gaan als eigen onderzoek enqu??teformulieren op het internet zetten en zelf uitdelen in het centrum van Rotterdam. We streven ernaar om ongeveer 250 enqu??tes ingevuld te krijgen. In de enqu??tes komen ongeveer tien deelvragen waarmee we ons onderzoek wel kunnen uitvoeren en alles te weten kunnen komen.

Hoofdvraag

Onze hoofdvraag wordt waarschijnlijk: ‘Waar shoppen de meeste jongeren tussen de 15 en 18 jaar het meest en hoe komt dat?

Wij zullen wel verwachten dat het moeilijk zal zijn om aan zoveel mogelijk informatie te komen over het algemeen ‘shoppen’, maar het is en blijft een spannende ervaring die we opdoen. Ook is het de vraag of onze hoofdvraag wel zo een berg aan informatie zou kunnen opleveren. Dit zijn allemaal vragen die dus problemen zouden kunnen veroorzaken.
Onze PWS begeleider is mevrouw van Balen. Ze heeft ons veel geholpen bij onze voorbereidingen en het verbeteren van onze hoofdvraag. Onze hoofdvraag is daarom ook een beetje aangepast en is uiteindelijk veranderd in: ‘Op wat zouden bedrijven moeten insteken om jongeren tussen de 15 en 18 jaar te stimuleren om bij hun te shoppen? Wij gaan dus onderzoeken wat bedrijven precies moeten doen om jongeren tussen de 15 en 18 jaar aan te trekken tot hun winkelketens.

Hoofdvraag en deelvragen

Onze hoofdvraag luidt:
Op wat zouden bedrijven moeten insteken om jongeren tussen de 15 en 18 jaar te stimuleren om bij hun te shoppen?

Wij zijn bij deze hoofdvraag gekomen, doordat we ingedeeld werden bij het vak M&O. Het onderwerp ‘shopgedrag’ heeft hiermee te maken, omdat er marketing gebruikt moet worden bij het verkopen van producten. Ook vinden wij shoppen zelf interessant en willen we ons meer verdiepen in het onderwerp.

Onze hypothese hierbij is:
De winkelketens moeten er vooral voor zorgen dat ze meegaan met de mode en dat de kleding/accessoires betaalbaar zijn.

Hiermee bedoelen we dat de kleding voor arm en rijk bedoeld is, dus niet dat alleen de ‘rijkere’ jongeren de kleding kunnen veroorloven. Met het meegaan met de mode bedoelen we vooral dat de winkelketens geen kleding verkopen die als het ware een jaar geleden een trend was.

Onze deelvragen zijn:
– Hoe vaak (per maand) shoppen jongeren tussen de 15 en 18 jaar?
– Hoeveel geld geven jongeren maximaal uit aan kleding per maand?
– Welke 5 winkelketens worden er het meest bezocht door jongeren tussen de 15 en 18 jaar?
– Kunnen we uit deze top 5 ook een top 3 halen?
– In welke winkel wordt er het meest gekocht door de jongeren tussen de 15 en 18 jaar, en waarom (prijs, stijl, veel keuze, etc.)?
– Wordt het shopgedrag ook be??nvloed door vrienden?
– Gaan de jongeren doelgericht naar een winkel?
– Gaan de winkelketens wel mee met de trends volgens de jongeren en vinden ze dit belangrijk?
Theoretisch Kader

Historisch perspectief

Al sinds de middeleeuwen ‘winkelen’ de mensen, maar toen kwam de markt aan de orde, men kocht alleen boodschappen en benodigdheden die echt noodzakelijk waren. Toen bestond de winkel uit een deel van het huis van de ondernemer, of een deel van een werkplaats van ambachtslieden. Men verkocht de producten dan ook vanuit hier. Rond de achttiende eeuw ontwikkelde de winkel zich tot de hedendaagse winkel. Toen begon men voor het eerst geld te besteden aan de inrichting van een winkel. Rond de negentiende eeuw begon het echte werk, men begon passages te bouwen.

Rond 1800 werd de Passage des Panoramas in Parijs gebouwd. Doorstromingen en verbindingen kwamen heel vaak aan de orde in deze passages. De passages werden steeds hoger en breder gebouwd waardoor er galerie??n ontstonden. Bij die galerie??n was het belangrijk dat je je thuis voelde, daarom werd er een huiselijk karakter en intieme sfeer gegeven aan de galerie??n. Een van die passages met een huiselijk karakter en intieme sfeer is de Gallerie Vittorio Emanuelle II in Milaan.

Na die galerie??n kwam de ‘Shopping Mall’ aan de orde. Men raakte ge??nspireerd door de galerie??n en wilde iets nieuws opbouwen aan de hand van die inspiraties. Door die inspiraties kwamen ze uit op een ‘Shopping Mall’. Ze werden wel heel gering gebouwd, ze kwamen dan ook voor het eerst op periferie locaties. Eerst in de Verenigde Staten en Groot- Brittanni?? en later ook in de binnensteden van West- Europa, zoals Hamburg en D??sseldorf.

De shopping malls begonnen sterk toe te nemen in de VS en Canada rond de tweede helft van de jaren vijftig. Een paar indrukwekkende voorbeelden van die grote mooie shopping malls zijn de West Edmonton Mall en Mall of America. In Europa zijn de grote shopping malls gevestigd in Londen (Bluewater) en Oberhausen (Centro). Deze shopping malls hebben dan ook het kenmerk ‘ one stop shopping’ omdat er letterlijk van alles te koop is. Meestal bestaan deze Malls uit een paar shopetages en een hele etage met allerlei restaurants waar je kunt eten. Meestal zijn dit van Fastfood restaurants tot aan echte Culturele Huisgemaakte gerechten. De shoppingcenters zitten dan ook vaak in de omgeving van toeristische activiteiten. Om die grote shoppingcentra in Europa zitten centra in grote steden en kleine steden, stadsdeelcentra(centrum), wijkcentra(een klein winkelcentrum, bijv. de Koperwiek) en de buurtcentra(de supermarkt in de buurt). De afstand tussen deze diverse centra heeft te maken met de grootte van bepaalde marktgebieden en koopgedrag in dat gebied waar het om gaat. Tijd en afstand zijn dan ook belangrijke factoren die een rol spelen voor het koopgedrag. Het koopgedrag heeft dan ook een verstorend effect voor mensen met fysieke problemen.

Hierboven word de geschiedenis van shoppen verteld, dit was dan ook de tijd dat online shoppen niet bestond en dus daarom niet aan de orde kwam. Maar hier is dan ook een verandering aan gekomen en heeft men voor mensen met bijvoorbeeld fysieke problemen shoppen makkelijker gemaakt en is het voortaan voor hen ook makkelijk en leuk om te shoppen. Ook zal er vaker geshopt worden omdat men nu niet het huis uit hoeft om iets te kopen omdat het simpelweg via de smartphone of de computer besteld kan worden en het lekker aan huis bezorgd word. Maar hoe is dit allemaal begonnen?

Er werd eerst altijd offline geshopt, dit houdt in dat men naar de winkel gaat en de dingen koopt die hij leuk vind, alles stuk voor stuk bekijkt, de tijd neemt om dit te doen en de moeite doet om de afstand te leggen die nodig is voor dat product die hij wil hebben. Men wilt daarom met online shoppen het offline shoppen versterken door het shoppen voor mensen die liever thuis op de bank blijven zitten, de tijd niet hebben of de moeite niet willen doen om die afstand te leggen voor een bepaald product ook een kans kunnen geven om het shoppen mogelijk te maken. De winkelketens met een webshop functioneren dan ook beter dan een winkelketen zonder webshop. Dit is dan ook weer een reden waarom steeds meer winkelketens deelnemen aan de kwestie online shoppen.

Begrippen omschrijving

Mode

Mode is een manier waarop mensen op een bepaald moment kleding, bepaalde kledingstijlen en opvattingen of bepaald taalgebruik aantrekkelijker of leuker vinden. Bepaalde kledingstijlen of soorten kleding wordt ook mode genoemd. Mode was vroeger een kledingstijl wat werd geplaatst in de modehuizen en de kleding werd gedragen door de mensen hoe ‘t werd tentoongesteld in de modehuizen. Nu gaat het bij mode om de ontstane kledingstijlen op straat die opgepikt worden door modebedrijven en stijlbureaus, maar dan geeft men er nog net een eigen draai aan. Mode is op het moment dat er een bepaalde kledingstijl in de mode is niet te zien, meestal word dit pas achteraf herkend net zoals de mode van de jaren- 50. Mode komt niet alleen bij kleding aan de orde maar bijvoorbeeld ook bij het inrichten van een huis. Dan word er ook door middel van een bepaalde mode wat bij het inrichten ‘stijl’ word genoemd een huis opgebouwd en ingericht.
Trends

Een trend is een ontwikkeling op een bepaald gebied op lange termijn. In dit geval dus op het gebied van mode. Trends worden vaak aangegeven door bekende modeontwerpers, maar het kan ook door mensen zelf aangegeven worden. Als mensen zelf een trend aangeven, gaan modeontwerpers hierop inspelen en dus meerdere kledingstukken ontwerpen die te maken heeft met de trend. Kijk bijvoorbeeld naar de neon-kleuren die heel erg in waren in de zomer van 2013. Doordat de kleuren veel gedragen werden, kwamen bekende winkels (zoals de Zara, H&M etc.) met veel neon-kleuren. Dit stimuleerde de trend weer. Het seizoen heeft altijd invloed op een bepaalde trend.

Marketing

Marketing is alles wat een bedrijf doet om de verkoop van producten en/of diensten te bevorderen. Er wordt vooral geprobeerd het product zo bekend mogelijk te maken bij zo veel mogelijk mensen, zodat veel mensen het product gaan kopen. Je kunt marketing onderverdelen in de ‘4 P’s’. Dit zijn de plaats, het product, de promotie en de prijs. Ondernemers moeten met deze vier dingen rekening houden. Met de plaats wordt bedoeld: op welke plek komen de mensen voor wie het product bedoeld is. Met product wordt bedoeld: om welk product gaat de marketing, wat moet er verkocht worden? Met promotie wordt bedoeld: wat voor soort advertenties moeten er gebruikt worden om de mensen aan te trekken voor wie het product of de dienst bedoeld is (reclame op televisie, advertenties in kranten). Met de prijs wordt bedoeld: welke prijs wordt er gehandhaafd en kunnen de mensen voor wie het product of de dienst dit wel veroorloven.

Storemanager

Een storemanager, ook wel filiaalchef genoemd, heeft de leiding van een filiaal of een winkelketen van een groot winkelbedrijf. De storemanager is verantwoordelijk voor de resultaten van de winkel. Ook heeft hij de leiding over het personeel in de winkel en is dus ook verantwoordelijk voor de medewerkers en hun resultaten. De storemanager draagt dus een grote verantwoordelijkheid en de resultaten hangen van hem of haar af.

Wat motiveert mensen om naar een winkel te gaan?

De meeste mensen zien winkelen als een leuk uitje. Daarom moeten de winkels er ook leuk uit zien om mensen aan te trekken. Winkels kunnen dit doen door middel van:

– De etalage: de etalage is het belangrijkste aan het uiterlijk van de winkel. Iedereen die langs de winkel loopt moet door de etalage aangetrokken worden om de winkel binnen te stappen. Als de etalage niet aantrekkelijk is, zal het grootste deel van de voorbijgangers de winkel niet betreden.
Je kunt de etalage aantrekkelijk maken door bijvoorbeeld een overzichtelijke indeling. Er moet een goed kleurenthema zijn en er moeten niet te veel dingen in de etalage staan.
Ook moeten de producten in de etalage regelmatig verwisseld worden. Als er heel de tijd dezelfde producten in de etalage staan, gaan mensen het negeren. Door de etalage telkens te vernieuwen zullen de voorbijgangers nieuwsgierig blijven, omdat ze telkens nieuwe dingen aantreffen.
Als laatste is het ook verstandig om bijvoorbeeld acties, kortingen en speciale promoties in de etalage te vertonen. Zo ‘lok’ je als het ware mensen naar binnen. Prijskaartjes moeten ook goed leesbaar zijn, zo lopen mensen eerder naar binnen.

– Een kinderspeelhoek: een winkel die zich richt op volwassenen die de leeftijd hebben bereikt dat ze al jonge kinderen hebben, moet er voor zorgen dat de kinderen zich niet gaan vervelen (als de winkel voor de kinderen zelf niet interessant is uiteraard). Kinderen kunnen zo zichzelf vermaken, terwijl hun ouders ongestoord kunnen winkelen. De winkel zal zo meer families aantrekken en als de klanten eenmaal binnen zijn blijven ze ook langer in de winkel.

– Muziek: de muziek is ook erg belangrijk. Richt de winkel zich op jongeren? Dan moet er vooral moderne muziek aanwezig zijn. Als de winkel zich op ouderen richt, moet er vrolijke muziek zijn van bekende bandjes van vroeger.
Ook is er nog het verschil tussen bijvoorbeeld ‘straatjongeren’ en de ‘bekakte jongeren’. Straatjongeren zullen bijvoorbeeld eerder op R&B muziek afgaan dan de bekakte jongeren.

Ten slotte is er ook nog het personeel dat een grote rol speelt. Mensen zullen langer in een winkel blijven waar het personeel ge??nteresseerd is en onvolledige/slechte antwoorden geven op vragen. Hoe langer je in een winkel bent, des te meer kans dat je wat koopt.
Hoe speelt de ZARA erop in dat klanten naar hen komen?

De Zara is vanaf het begin al een succesvolle onderneming. De winkel is niet meer weg te denken en staat op de toplocaties in de grootste steden van niet alleen Europa, maar ook Amerika, Azi?? en Afrika. De Zara is nu in het bezit van Inditex en is tot nu toe de grote melkkoe van het Spaanse bedrijf. De Zara zorgt dan ook voor 80% van de totale omzet. Heel veel marketingsopleidingen proberen de geheimen achter de positieve groeicijfers van de Zara qua geld en winst te achterhalen. Door al deze nieuwsgierigheden is de Zara dan ook ‘?n van de meest waardevolle merken ter wereld.

De Zara heeft, ondanks de economische problemen in Europa, geen verlies gedraaid. Ze hebben zelfs winst gemaakt. Het geheim hiervan is dat de meeste winkelketens hun collecties een jaar van tevoren ontwerpen. De Zara doet dit niet. Bij de Zara letten de storemanagers erop wat er op een dag verkocht wordt en waar de klanten ongeveer naar op zoek zijn. Deze informatie geven ze door aan de ontwerpers en zo komen er nieuwe collecties. In tegenstelling tot de meeste winkelketens laat de Zara haar kleding niet maken in lage lonen landen. Het grootste deel van de collecties worden gemaakt in Europa zelf, zodat de nieuwe collecties sneller in de winkels kunnen liggen en de ontwerpers en de productieafdeling sneller en beter met elkaar kunnen communiceren. Er bevinden zich wekelijks leveringen van nieuwe modellen plaats. Dat wil zeggen dat er elke week/ twee weken wel wat nieuws in de winkels ligt. Als een klant twee weken niet in de Zara winkel is geweest, loopt de klant de kans om een hele collectie mis te lopen. Hierdoor maakt de Zara het voor zijn klanten erg aantrekkelijk om steeds vaker de winkel te bezoeken.
Ze hebben ook winst gemaakt doordat de Zara nieuwe winkels in snelgroeiende markten hebben geopend, bijvoorbeeld in China. In China ontwikkelt het land zich positief en het land heeft ook geen geldproblemen. Deze openingen compenseren met de zwakkere markten als thuisland Spanje.

De Zara heeft zich zelfs uitgebreid in India. Er wonen 3 miljoen mensen in India en er zijn niet veel vestigingen van de Zara in India. De mensen in India gaan speciaal voor de Zara grote afstanden afleggen, om toch een kijkje te kunnen nemen in de winkel.

De Zara investeert liever in de locaties van de winkels dan reclames maken. Oprichter Amancio Ortega zegt dat het brand image meer profiteert van mooie winkels dan van advertenties.
De Zara heeft, jammer genoeg, economisch wel een paar dalingen meegemaakt, waaronder de boetes die zij kregen bij de beschuldigingen van slavernij en de slechte arbeidsomstandigheden in de productiefabrieken. Deze boetes bedroegen bij elkaar ruim 11 miljoen dollar.

Doordat de collecties in kleine series geproduceerd worden en de collecties niet in elke winkel geleverd wordt, zijn de voorraadkosten minder en wordt de geleverde kleding snel verkocht. De Zara wordt hierdoor ook gemiddeld vaker bezocht, omdat ze sneller zijn met het vernieuwen van de kleding vergeleken met de andere consumenten.

Zara brengt de nieuwste mode trends voor dames, heren en kinderen. Er zijn verschillende collecties die om de zoveel tijd worden vernieuwd, omdat de trends veranderen met de tijd. Niet elke vestiging heeft de zelfde collecties, omdat de Zara is gevestigd in meerdere landen (denk hierbij aan vooral korte en luchtige kleding in warme landen, er zal dus geen wintercollectie uitgebracht worden in bijvoorbeeld Singapore).

Er worden elk seizoen modeshows gehouden die Zara bijwoont. Door middel van deze modeshows komt Zara met nieuwe idee??n om soortgelijke kleding te maken, maar dan tegen een betaalbare prijs. De laatste mode uit Parijs, Milaan en New York vormt ook een grote inspiratiebron van de Zara. Ook maakt Zara reclame door bijvoorbeeld campagnefilmpjes te maken met bekende modellen, die vooral bekend zijn door dure merken zoals Burberry en D-Squared.

Het ontwerpteam bestaat uit mensen van verschillende afkomst (dus uit verschillende landen) die de voorkeuren, wensen en vragen van de klant nastreven. Doordat de Zara deze factoren nastreeft hebben zij een succes bij een breed scala aan mensen, culturen en generaties die wel verschillen qua cultuur. Ondanks die verschillen delen zij allemaal hun liefde voor mode.

Zara is een internationaal keten met een hoge status. Dit is de rede dat de winkels op de beste locaties ter wereld gevestigd zijn. Voorbeelden hiervan zijn Oxford Street in Londen en Champs ??lys??es in Parijs. Hierdoor krijgen de mensen over de hele wereld steeds meer een zelfde kledingcultuur oftewel: er wordt een kledingcultuur over de hele wereld gedeeld.

Toch is de Zara wat populairder onder de vrouwen, niet alleen omdat mannen minder van shoppen houden, maar ook omdat het assortiment breder is voor vrouwen. Zo zijn er bijvoorbeeld ook tassen in alle soorten en kleuren, schoenen, parfum en sieraden die je bij de Zara kan kopen, zodat er voor iedere vrouw wel wat geschikts tussen zit. Er zijn verschillende soorten vrouwen waar de Zara zich op richt (iedereen heeft zijn of haar eigen smaak). De doelgroep van Zara Woman is een vrouw tussen 18 en de 38 jaar en heeft een baan. De doelgroep van de TRF collectie is voor meiden die toch mee willen gaan met de mode voor de juiste prijs. De TRF collectie bestaat vooral uit kleding voor jonge meiden die wat stoerder en jonger is dan de women-collectie.

De herencollectie bestaat vooral uit stijlvolle pakken, casual kleding en ook een groot assortiment jeans en sneakers. Ook al heeft de Zara niet veel collecties voor de mannen, er is altijd genoeg keuze.
Voor kleine kinderen is er ook genoeg keuze bij de Zara. Het gaat van klassieke kleding, zoals jurkjes tot aan stoere jongenskleren met leuke print.
Voor mensen die niet te veel te besteden hebben maakt Zara het toch mogelijk om mee te gaan in de modetrends, omdat de Zara haar idee??n vooral van bekende merken haalt (denk aan Marc Jacobs).
Links ziet u de collectie van Zara en rechts een catwalk model in Prada-kleding. Hieraan kun je dus zien dat de Zara veel van haar trends niet zelf cre??ert.
Methoden van onderzoek

We begonnen ons onderzoek als eerst met het verzamelen van informatie en feiten over het shoppen algemeen. Het was best lastig, maar op basis van onze informatie en lading aan feiten die we hadden opgezocht konden we onze enqu??te maken. Het maken van onze enqu??te was best eenvoudig, omdat we hulp kregen van onze begeleider. Allereerst zochten we naar een site waarop we die enqu??te konden maken en uitprinten. We hebben de enqu??te goed kunnen maken en hebben 100 enqu??teformulieren uitgeprint en uitgedeeld in het centrum van Rotterdam. Ook hebben we de enqu??te online gezet op Facebook en gemaild naar medeleerlingen. Hierdoor hebben ook nog is 142 mensen onze enqu??te ingevuld via internet. Bij elkaar zijn we aan 242 enqu??tes gekomen en hebben we de enqu??tevragen zelf kunnen uitwerken in de vorm van een cirkeldiagram, met percentages van de gegeven antwoorden. Dit deel is verder uitgewerkt in het procesverslag.
We hebben na ons onderzoek dus heel breed en uitgebreid antwoord kunnen geven op de deelvragen aan de hand van welk antwoord per vraag de meeste percentage bedroeg. Het beantwoorden was niet zo moeilijk, doordat we bij elkaar meer dan 200 ingevulde enqu??tes hadden en we zo zekerder waren dat het antwoord op onze deelvragen wel zouden kloppen.
We hebben op sommige vragen waar we mee zaten antwoorden gekregen waar we eigenlijk niet op hadden gerekend. Wij dachten dat onze hypotheses op de antwoorden wel zouden kloppen. Na het onderzoek bleek dat bij sommige vragen toch niet zo. Sommige antwoorden komen ook niet echt geloofwaardig over, want het is volgens ons onmogelijk om niet mee te gaan met de mode en trend van nu.
Het onderzoek was verder erg leuk om te doen.
We hebben veel ervaring hierbij opgebouwd door informatie te krijgen van jongeren op een leuke manier en het was ook nog is heel eenvoudig. We hebben er ruim een weekend aan besteed om dit allemaal uit te werken en het om te zetten in cirkeldiagrammen.
Procesverslag

We hebben een enqu??te gemaakt en hebben die in de stad uitgedeeld. Ook hebben we de enqu??te online gezet, zodat je hem ook via het internet kon invullen.
De volgende resultaten zijn uit onze enqu??te voortgekomen:

*Andere houdt hier in: soms

Zoals wij al dachten houd de meerderheid onder jongeren van shoppen. Dit is dan ook wel logisch omdat het een bepaalde leeftijd is waarin je door een bepaalde levensfase gaat waarbij je keuzes moet maken en jezelf echt leert kennen.

*Andere houdt hier in: allebei

Deze uitslag was anders dan we dachten. Wij hadden juist het idee dat de jongeren tegenwoordig vaker online zouden shoppen omdat het voorheen niet mogelijk was en dat het eigenlijk wel nodig zou moeten zijn. Wij dachten dat dit nodig zou zijn, omdat jongeren volgens ons niet zoveel tijd zouden hebben om iedere week naar de winkel zelf toe te gaan en uitgebreid uit te kiezen wat ze leuk zouden vinden. Dit blijkt uiteindelijk niet zo te zijn.. Uit ons onderzoek blijkt dan ook dat de meerderheid onder jongeren liever naar de winkel gaat.

*Andere houdt hier in: pinpas
*Andere houdt hier in: WE, Only, Monki, The Sting, Pull&Bear, Jack&Jones en La Classe

*Andere houdt hier in: allebei

*Andere houdt hier in: als er tijd/zin is

Discussie

In de voorgaande pagina’s staan de resultaten van het onderzoek dat we hebben uitgevoerd door middel van een enqu??te in het centrum van Rotterdam en online hebben geplaatst. Zoals we al in gedachte hadden houd de meerderheid onder jongeren van winkelen, ook is er gebleken dat de meerderheid van de jongeren toch zelf naar de winkel gaat om zijn/ haar producten uit te kiezen en vervolgens te kopen. Wij hadden eigenlijk wel gedacht dat er veel jongeren online zouden shoppen omdat wij de gedachte hadden dat jongeren eigenlijk niet zo veel tijd zouden hebben om zo vaak te winkelen omdat er misschien tijdgebrek zou zijn door studie of werk. Maar dit is niet het geval, de jongeren hebben juist veel tijd om te winkelen ( wat blijkt uit ons onderzoek). De meerderheid winkelt dan ook 1x per week (wat ook blijkt uit ons onderzoek). Voor ons leek dit onmogelijk omdat wij de gedachte hadden dat jongeren niet eens zoveel geld zouden hebben om wekelijks geld uit te geven voor zowel impulsieve als benodigde aankopen. Wij dachten dat de jongeren van tegenwoordig meer werden meegesleept door hun omgeving qua kledingstijl en eigenlijk niet zo vaak zouden shoppen naar ons idee. Dit is uiteindelijk toch niet zo gebleken als dat wij dachten. Jongeren winkelen bijna iedere week en hebben geld genoeg om dit dan ook te kunnen doen.
Ook geeft de meerderheid onder de jongeren aan dat ze een eigen kledingstijl hebben en het totaal niet belangrijk vinden of ze meegaan in de mode, of dat ze zich wel houden aan de trend van nu. Voor ons blijft dit toch een ongeloofwaardig geval, want bijna alle jongeren vinden het wel belangrijk om bij te blijven met de mode, dit zie je dan ook aan de manier waarop de jongeren zich kleden en bijna iedere week iets nieuws kopen.
Verder is het logisch dat de meerderheid onder jongeren het niet echt belangrijk vind of er een vriendelijke medewerker in de winkelketen werkt omdat de jongeren meestal wel zelf gaan kijken of ze iets mooi vinden en daarvoor geen hulp gaan vragen. Zij doen dit naar ons idee alleen als ze de winkel niet kennen en wel hebben gehoord dat ze er iets kunnen vinden.
Ons onderzoek is verder wel goed verlopen. We hebben antwoord gekregen op vragen die we hadden. De reacties en uitslagen zijn op sommige gevallen wel anders uitgepakt dan we daadwerkelijk in gedachte hadden, maar juist daarvoor hebben we dit onderzoek gedaan.
Conclusie

Onze conclusie op onze hoofdvraag ‘Op wat zouden bedrijven moeten insteken om jongeren tussen de 15 en 18 jaar te stimuleren om bij hun te shoppen’? is dus dat de bedrijven vooral moeten kijken naar wat er veel verkocht wordt. Zoals we al beschreven hebben bij het theoretische kader doet de Zara dit. Bij de Zara letten de storemanagers op welke kledingstukken en wat voor soort kleding er veel verkocht wordt en geven dit door aan de ontwerpers van de Zara. Jongeren kopen meestal wat ze zelf leuk vinden en gaan dus niet altijd mee met de trends. Kijk bijvoorbeeld naar de broeken met wijde pijpen. Dit is sinds twee jaar geleden weer in, maar je ziet nog steeds niet alle meisjes ermee rondlopen. Dit komt doordat niet iedereen altijd mee gaat met de trends, ook al is het juist wel in de mode. Gezien het bedrag dat jongeren meenemen als ze gaan shoppen, blijkt dat geld niet echt een grote invloed heeft op het shopgedrag.
De webshop moet er natuurlijk ook goed uitzien. Alles moet makkelijk te vinden zijn op de webshop van een winkelketen. Toch gaan jongeren liever naar de winkel zelf als ze kleding kopen, omdat je dan een beter zicht hebt op het assortiment en het is natuurlijk fijner als je weet dat de kleding je goed past.

Leave a Comment

Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.