Essay: Lectuur

Wanneer ik terug kijk op mijn eerste aanraking met boeken, is dit in mijn peutertijd geweest. Mijn ouders lazen mij veel uit boeken voor. Welke boeken dit allemaal precies zijn geweest dat weet ik niet meer. Wel weet ik dat ze mij deden voorlezen uit boeken die gingen over Disneyfiguren. Maar ook boeken van Annie M.G. Smit, zoals ‘Jip en Janneke’ en ‘Pluk van de Petteflet’ en ‘Pinkeltje’ van Dick Laan.

Ook op de peuterspeelzaal en basisschool deden de kleuterjuffen veel voorlezen. We zaten hier dan bijna altijd in een kring. Het ging hier dan vooral om prentenboeken.
Vanaf groep 3 leerde ik zelf lezen. Ik heb vanaf dat moment heel veel zelf gelezen. Het ging hierbij om AVI-boekjes. Lezen vond ik toen super leuk, zolang ik maar een AVI hoger kwam met lezen. Ik had dan ook een abonnement op de bibliotheek, waar ik wekelijks kwam.
Vanaf het moment dat ik AVI 9 had en dus in de hogere klassen kwam, kwam het keerpunt. Ik vond lezen toen minder interessant en ging ook minder lezen. Ondanks het keerpunt bleef ik wel boeken lezen van Carry slee en Jacques Vriens.
Carry Slee schrijft vooral boeken over de werkelijkheid en boeken die je aan het denken zetten. Zoals ‘Spijt’, ‘Kappen’, ‘Afblijven’ en ‘Razend.’ Deze boeken heb ik dan ook meerdere malen gelezen.
Ook de boeken van Jacques Vriens heb ik meerdere malen gelezen. Ik vond deze boeken leuk, omdat ze over school gaan. Maar ook deze boeken gaan over de werkelijkheid en zetten je aan het denken. Zoals ‘En de groeten van groep 8’, ‘Die rotschool met die fijne klas’, ‘Meester Jaap’ en ‘Achtste groepers huilen niet.’
Ook is me een boek bijgebleven dat de lerares van groep 8 heeft voorgelezen. Het was namelijk het eerste deel van Harry Potter. Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik dat een heel spannend boek vond en dat we met de hele klas altijd blij waren als ze hier uit deed voorlezen. Ik heb dit boek daarna ook zelf gelezen. Doordat de lerares het boek heeft voorgelezen heb ik alle delen gelezen. Ik weet niet of ik dit ook had gedaan als zij het eerste boek niet had voorgelezen. Ik lees liever boeken die je aan het denken zetten oftewel over een moraal gaan. Maar er moet ook spanning inzitten.

Ook op het voorgezet onderwijs is de interesse voor lezen niet veranderd. Ik deed wel nog boeken lezen, maar niet zoveel als in de lagere klassen van de basisschool. Wel de voorkeur voor een bepaald boek is gebleven. De boeken van Carry Slee bleven intrek bij mij.
Zo heb ik de boeken van de serie ‘Griezelbus’ van Paul van Loon of ‘Kippenvel’ van R.L. Stine nooit gelezen. Deze boeken zijn fictie en dat spreekt mij totaal niet aan. Terwijl vele van mijn leeftijd deze tot in den treure deden lezen.

Nu lees ik nog steeds boeken die een echt verhaal hebben. Boeken waarin je je kunt inleven in een persoon, waar je over na moet denken. Dit omdat deze boeken niet voorspelbaar zijn. Je blijft tot het laatste moment altijd geboeid en je blijft vragen hebben tijdens het lezen. Daarom is het bij mij ook zo wanneer ik eenmaal aan een boek ben begonnen, dat ik het snel uit lees. Dit omdat ik dan wil weten hoe het afloopt. MAAR de stap om te beginnen met een boek is er bij mij niet echt, terwijl ik lezen helemaal niet erg vind. Of als het begin al saai is, dan heb ik vaak ook geen zin om door te lezen. Bij mij moet een boek me vanaf het begin al aangrijpen, anders zit de kans erin dat het nooit uitkomt.
Daarnaast lees ik ook wel eens een roman, met een leuk liefdesverhaal.

Wanneer ik uit mijn verhaal hierboven is algemene conclusie moet trekken. Kan ik zeggen dat mijn voorkeur voor boeken in de loop van de tijd niet veel veranderd is. Maar de hoeveelheid lezen is vanaf de hogere klassen in de bovenbouw wel veranderd.

Onderdeel A2

Lezen en reflecteren Lijsterreeksen
Boek 1: SMS, Tjibbe Veldkamp

Samenvatting:
Het verhaal gaat over een vader en zijn 2 kinderen, Bas en Bobo van wie de moeder dood gaat.
Vanaf de dag dat de moeder dood is, doet de vader aan een soort geestenoproep. Hiermee wil hij de moeder oproepen en met haar praten. Al die tijd, sinds Annabel dood is, mogen er geen lichten meer aan in huis. Deur zegt dat de geesten dat niet willen, ook zorgt hij niet meer voor de broertjes Bas en Bobo.

Bas, de oudste, vindt het maar allemaal raar en gelooft er niet in. Omdat Deur niet meer naar het werk gaat en alleen maar thuis is moet Bas alles doen, ook voor Bobo zorgen.
Om af en toe wat boodschappen te krijgen, doet hij wel eens stiekem iets stelen voor de winkels en dan wordt hij opgepakt. Maar dit is allemaal spel om de mensen die willen stelen te laten schrikken. Tijdens het stelen heeft hij een meisje leren kennen genaamd Anna. Ze wordt zijn moeder ook genoemd, Anna (Annabel volledig).
Op een dag vergeet bas een telefoon die hij in opdracht heeft gestolen terug te geven. Als hij thuis is krijgt hij een sms van Anna met ‘Ik ben bij je, Anna’. Als hij dit aan Bobo laat zien gaat die ermee naar Deur en die denken allebei dat zijn vrouw antwoordt heeft gegeven op zijn vragen, die heeft hij gesteld. Door deze sms wordt Deur blij en gaat hij door met geesten opwekking.
Bas heeft zijn twijfels of deze sms wel van zijn moeder is.
Bas denkt dat Ugidali Alie het smsje heeft gestuurd om hem zo te genezen van zijn ongeloof, daarom wilt hij de mobiel van haar stelen om te kijken of dat zo is.
Dat doet hij samen met Anna. Ugidali Alie is op de paranormaalbeurs en heeft daar een kraam. Het plan dat ze bedacht hebben is, dat Anna Ugidali Alie zal afleiden en dat Bas haar mobiel uit haar tas pakt. Maar als Bas de mobiel in zijn zak heeft gedaan, gaat opeens de mobiel af. Hierdoor worden ze betrapt en is hun plan mislukt.
Daarna krijgt Bas weer een sms met ‘Praat met me’.
En hij gaat hierdoor naar Anna. Wanneer Bas en Anna dan een ‘seance’ houden krijgt Bas weer een sms met ‘Ik ben hier’. Ze sturen een sms terug met ‘Waar dan’?.
Hierop krijgen ze weer een sms terug met ‘Marktstraat 5’.
Als ze bij het adres aankomen vinden ze Bobo in de ballenbak. Hij heeft alle sms’jes gestuurd.
Nadat ze 3 nachten in de ballenbak hebben geslapen, worden ze betrapt en gaan ze weer terug naar huis.
Van hun vader moeten ze een lijstje maken met de dingen die ze willen dat hij doet.
Het lijstje van Bobo is lang, maar bovenaan staat: Boodschappen doen die ik wil.
Het lijstje van Bas is eigenlijk geen lijstje, hij heeft maar een ding: Onze vader zijn.
Ze krijgen hun lijstje terug, met eronder geschreven: Beloofd.
Ervaringsverslag:
Tijd: Het verhaal speelt zich af in 1996. Het verhaal past ook bij de tijd waarin het geschreven is.

Plaats: Het verhaal speelt zich voornamelijk af in het huis van de familie en in de omgeving van het huis.

Omstandigheden: Het verhaal draait om een rouwproces van een gezin heen.

Personen: De belangrijkste persoon uit het boek is Bas. Daarnaast zijn Bobo, Annabel en Anne, het meisje van de Mediamarkt belangrijke personages.

Essayistisch ervaringsverslag:
De vader van Bas is mij het meeste bijgebleven in het verhaal. Het is niet te geloven dat een vader zijn eigen kinderen vergeet, omdat hij zelf in een rouwproces zit. Verder vond ik het mooi om te lezen dat Bas een groot verantwoordelijkheidsgevoel heeft voor zijn kleine broertje.
In het verhaal komt ook naar voren dat Bas niets van geesten wilt weten. Maar stiekem gaat hij er toch in gaat geloven. Dit alleen om hoop. Dit zullen meer mensen hebben, om op deze manier rust te krijgen.
Zo kun je zien dat de schrijver een manier van verschillende rouwprocessen wil beschrijven. Om zo de lezer bewust ervan te maken dat dit proces niet makkelijk is en iedereen er op een andere manier mee omgaat.
Aantekeningen uit de achtergrondinformatie:
www.tjibbeveldkamp.nl
“Sterk verhaal over dode moeder in “SMS” van Tjibbe Veldkamp”

www.basmaliepaard.nl
“Indrukwekkend aan ‘SMS’ is de fijngevoelige manier waarop het rouwproces wordt beschreven, zonder dat het melodramatisch wordt.”
Hier ben ik het helemaal mee eens. In het boek wordt op een goede manier omschreven hoe een rouwproces kan gaan.
In de les:
Ik zou persoonlijk dit boek direct kiezen om in de klas te gebruiken. Dit omdat je met dit boek duidelijk kunt laten zien dat je personen kunt kwetsen, wanneer je iemand dingen gaat zeggen met de naam van iemand anders.
Daarom zou ik er voor kiezen om het boek zowel klassikaal als individueel te lezen en er daarna een klassengesprek over voeren. In het klassengesprek zou ik vooral praten met de leerlingen over de gevolgen van in dit geval een sms.

Boek 2: Control & Copy, Mirjam Oldenhave

Samenvatting:
Hardloopkampioen Rogier wordt uitgezocht om mee te doen aan ‘Top in de Dop’, een organisatie die talentvolle jongeren een houden toekomst belooft. Samen met drie anderen moet hij een weekend lang allerlei testjes doen en medisch onderzocht worden. Maar klopt het allemaal wel? Waarom mogen ze met niemand bellen? Waarom hangen er overal bewakingscamera’s en waarom is het hek op slot?
Dat Rogier erg goed is in atletiek, blijkt wel als hij in het begin een belangrijke wedstrijd wint. De wedstrijd heeft onverwachte gevolgen als hij na afloop een kaartje krijgt van iemand die hem voor een speciale talentenopleiding wil hebben, ‘Top in de dop’. Een weekend lang verblijft hij, samen met drie andere kinderen, in een loods in de Flevopolder, waar gekeken wordt of hij inderdaad tot ‘de top’ zou kunnen behoren. Zo ja, dan gaan ze hem begeleiden en kan hij ervan uitgaan dat hij binnen de kortste keren de ene na de andere wedstrijd wint. En wie wil dat nou niet?
Daar eenmaal aangekomen vindt Rogier de hele ‘Top in de dop’-organisatie nogal vreemd. Hij kan bijvoorbeeld niet naar huis bellen en de mensen daar willen allemaal vreemde dingen van hem weten. Zo moet hij uitgebreid op de foto en maken zijn begeleiders zich duidelijk zorgen om het feit dat hij ooit een beugel heeft gehad. Alsof dat belangrijk is als je 100 meter moet hardlopen! Dan krijgt Rogier ineens Bluetooth-berichtjes van Barbara. Zij is een van de andere deelnemers, die had besloten naar huis te gaan. Maar ze is er dus nog!

‘Ik hoorde iemand Spaans praten. Hij zei: manjana transporter = morgen transport! We worden verkocht. Jij moet vluchten.’

Samen met Bo en Nina proberen ze een plan te bedenken. Maar aangezien ze niet precies weten wat er aan de hand is, komen ze er niet echt uit. Wel blijven ze contact houden met Barbara, zij heeft informatie weten op te vangen. Ondertussen moeten de ze volgende dag nieuwe opdrachten en onderzoeken uitvoeren.
Wanneer Rogier hiermee bezig is, weet hij van Stefan (opdrachtgever) te ontsnappen. Wanneer Rogier een tijdje aan het rennen is, beseft hij dat hij zijn mobieltje niet bij zich heeft. Ook is hij tijdens het rennen verwond geraakt. Wanneer hij hulp wilt roepen en een auto ziet, wordt hij teruggebracht.
Op dat moment zijn Stefan en Bo nergens te bekennen.
Een tijdje later komen twee agenten en breken het hek open. Dit komt omdat Nina, over het hek was geklommen met het mobieltje van Rogier.
De agenten laten Barbara vrij en Bo wordt ook slapen teruggevonden in het gebouw. Stefan wordt opgepakt en Rogier wordt verzorgt aan zijn verwondingen.
Je zou nu denken dat het weekend alleen maar ellende heeft opgebracht. Maar er is ook goed nieuws. Nina krijgt een hoofdrol in een film, Barbara krijgt een baan aangeboden, Bo en Rogier worden beste vrienden en Rogier is aan het trainen voor de New York marathon.

Op de laatste blz. van het boek staat een sc??ne van vele later in Spanje. Het is een soortgelijke sc??ne, als aan het begin van boek. Maar dan met een andere jongen. Een kloon van Rogier, die iemand toch heeft weten mee te smokkelen uit het pand.
Ervaringsverslag:
Tijd: Het verhaal speelt zich af in de toekomst. Klonen van mensen gebeurt nu nog niet, misschien wel in de toekomst’.
Het grootste gedeelte van het boek speelt zich af in ‘?n weekend.

Plaats: Het verhaal speelt zich af op een sportwedstrijd. Deze vindt plaats ergens in Argentini??. De rest vindt plaats in Nederland in een loods.

Omstandigheden: Het decor van het verhaal, de loods, straalt door zijn uiterlijk van alle kanten onheil uit. De kinderen voelen dit in het begin van het verhaal nog niet aan, maar komen er al snel achter.

Personen: De hoofdpersonen zijn 4 kinderen: Barbara, Bo, Nina en Rogier. Stefan is de man die DNA van de kinderen probeert te verkrijgen.

Essayistisch ervaringsverslag:
Ik heb gekozen voor dit boek omdat het geschreven is door Mirjam Oldenhave. Want het onderwerp van het boek sprak me niet aan. Ook tijdens het lezen sprak me het boek niet echt aan. Het verhaal zette mij niet aan het denken, hierdoor was het voor mij geen spannend boek.
Voor kinderen is dit boek niet moeilijk te lezen. Het is makkelijk in het taalgebruik, opbouw etc.
Daarom kan ik me goed voorstellen dat dit boek voor kinderen wel spannend is. Dit omdat zij dezelfde leeftijd hebben als de kinderen in het boek. Hierdoor kunnen zij zich makkelijker inleven in de personen. Zij hebben nog een andere kijk op het leven.
Aantekeningen uit de achtergrondinformatie:
http://www.leesfeest.nl/node/1226
Een weekend topper zijn
Mirjam Oldenhave is een behoorlijke duizendpoot. Ze zat bij een toneelgezelschap, speelt accordeon in een bandje en geeft les aan mensen die graag kinderboeken willen schrijven. En dan is ze zelf ook nog schijfster! Bovendien schrijft ze boeken over allerlei verschillende onderwerpen; ze laat meisjes en jongens allerlei mysteries op lossen, vertelt over de serieuze tienerproblemen die jongeren soms kunnen hebben, maar vaak schrijft ze ook verhalen die ‘gewoon’ lekker spannend zijn, zoals ‘Control & Copy’.
‘Control & Copy’ is een lekker spannend boek waarbij je de hele tijd op het puntje van je stoel zit. Rogier is de altijd sympathieke held tegen wil en dank. Als andere deelnemers aan ‘Top in de dop’ voert Oldenhave onder andere een leuke wiskundenerd en een verwend zangeresje op. Als het zangeresje op een gegeven moment denkt dat ze in een Big Brother-achtig programma zit, moet je zelfs even hardop lachen! Met haar dialogen bewijst Oldenhave dat ze haar doelgroep prima kent: de tieners in dit boek klinken gelukkig niet gemaakt hip, of juist te netjes, maar gewoon als ‘zichzelf’.
Tussen alle spannende en grappige avonturen door, maakt de schrijfster ook duidelijk wat de gevolgen kunnen zijn van de nieuwste technische ontwikkelingen. Het zou niet leuk zijn om hier op deze plek meer over te verklappen, maar zeker weten dat je voortaan nog een keer extra omkijkt als je iemand ziet die wel erg veel op jou lijkt’
Hier ben ik het niet mee eens. Er wordt gezegd dat je door dit boek gaat nadenken over de nieuwste technische ontwikkelingen, echter kon ik dit er zelf niet uit halen.

In de les:
Dit boek zou ik zelf niet kiezen om in de klas te behandelen. Dit omdat ik er zelf geen betekenis aan kan geven.
Daarom ga ik ook voor een algemene opdracht over het boek.

‘ kies een stuk uit het verhaal wat je erg aangrijpend vond.
Lees dit stuk voor aan je klasgenoten en vertel waarom je dit juist zo aangrijpend vond. Probeer samen erachter te komen waarom juist dit stuk je aangrijpt. Denk hierbij aan: personages, tijd, plaats, ruimte, gevoelens enzovoorts.

‘ Klassengesprek: Je kunt na elk hoofdstuk voorspellen met de leerlingen hoe het verhaal zal verder gaan. Je zal zien dat iedereen een andere kijk op het verhaal heeft.

‘ Daarnaast kun je ook kijken naar hoe het verhaal geschreven is. Er komen af en toe literaire teksten in voor, zoals; ‘daar was het weer: dat dikke, pikzwarte duister’ en ‘hij was van de bodem af, hij ging weer naast me, over de rand van die rotput’. Deze stukjes kun je met de leerlingen bespreken, kijken of ze begrijpen wat er wordt gezegd en wat ze ervan vinden.

Leave a Comment

Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.