Imre Lakatos is een filosoof die de nadruk niet langer op een individuele theorie legt, maar op onderzoeksprogramma’s. Een onderzoeksprogramma bestaat uit verschillende theorie??n, vooronderstellingen, definities en hypotheses die samen een interpretatiekader vormen. Deze harde theoretische kern wordt beschermd door aanvullende hypothesen die men kan aanpassen.
Een voorbeeld van een dergelijk onderzoeksprogramma is de Keynesiaanse theorie. Deze theorie is eigenlijk ontstaan uit kritiekpunten op de klassieke theorie. De klassieke economen waren van mening dat een vrijemarkteconomie het beste was. Het marktmechanisme zorgt voor evenwicht tussen vraag en aanbod en bemoeienis van de overheid zal dit mechanisme verstoren. Ook op de arbeidsmarkt werkt het marktmechanisme in de visie van de klassieken. Als er werkloosheid is, dit wil zeggen als het aanbod van arbeid groter is dan de vraag naar arbeid, zullen de lonen dalen. Hierdoor stijgt de vraag naar arbeid weer en komt de arbeidsmarkt weer terecht in het evenwichtspunt.
Keynesiaanse economen, met als belangrijkste persoon John Maynard Keynes, zijn het niet eens met de visie van de klassieken. Volgens hen moet er juist sprake zijn van een gemengde economie. Niet de productiecapaciteit, maar de effectieve vraag bepaalt het nationale inkomen. Vooral in tijden van crisis, als de effectieve vraag tekort schiet, is het van belang dat de overheid ingrijpt. Dit kan op twee manieren: door de bestedingen van de overheid zelf te veranderen of door ervoor te zorgen dat particulieren meer gaan besteden.
De Keynesiaanse economie kreeg steeds meer aanhangers tijdens de grote depressie in de jaren dertig. Overheden gingen tijdens deze crisis uit van de klassieke theorie en grepen niet in. Het gevolg was dat de crisis niet werd opgelost, maar juist werd versterkt. Door deze ontkrachting van de klassieke theorie won Keynes steeds meer aanhangers van haar grootste concurrent. Tot 1970 was de Keynesiaanse economie de belangrijkste stroming binnen de economie. In de jaren zeventig ontstond een wereldwijde oliecrisis en bleek ook de Keynesiaanse economie geen goede oplossing te zijn. Op dit moment kregen de (neo)klassieken weer meer aanhangers.
De Keynesiaanse economie is echter geen verlaten programma. Keynesiaanse economen luisterde naar de kritiek van de klassieken en voegden een aantal aanvullende hypothesen toe aan hun theorie. Zo nemen Keynesianen nu ook aan dat prijzen niet flexibel genoeg zijn om markten te verklaren en dat er trendafwijkingen kunnen plaatsvinden. Met behulp van deze veelbelovende nieuwe hypothesen en methoden is de nieuw-Keynesiaanse economie ontstaan.
Kortom is de Keynesiaanse theorie, ondanks de sterke concurrentie van de klassieke theorie, een progressieve theorie volgens de standpunten van Imre Lakatos. Door het toevoegen van een aantal nieuwe hypotheses, methoden en theorie??n is de nieuw-Keynesiaanse economie ontstaan. Ondanks dat er nog steeds veel kritiek op de Keynesiaans theorie is, is de interesse in de Keynesiaanse denkwijze weer enorm toegenomen sinds het begin van de kredietcrisis in 2007.