Wat is de evolutietheorie eigenlijk? Volgens Charles Darwin (Een van de belangrijkste grondleggers van de evolutietheorie van zijn tijd)is de evolutietheorie de natuurwetenschappelijke verklaring voor de evolutie van het leven en voor de aanwezigheid aan soorten op Aarde. Het beschrijft het proces waarbij erfelijke eigenschappen binnen een populatie van organismen veranderen in de loop van de generaties als gevolg van genetische variatie, voortplanting en natuurlijke selectie. Velen ondersteunen die theorie, maar de meesten niet. Volgens hen was dit Godlastering. Zij geloofden wat er in de bijbel stond ; God heeft ons gecre??rd in 7 dagen. Maar wat geloof ik? En Evolueert de mens nog steeds?
Ik geloof de theorie van Charles Darwin en zijn aanhangers. Maar evolutie valt nauwelijks te voorspellen. Toevallige veranderingen, gelukstreffers en domme pech spelen er simpelweg een te grote rol in. Dat maakt het lastig om te praten over de vraag hoe de mens er over honderdduizend jaar uit zal zien. Toch varen wij wel degelijk een koers, uitgestippeld door de natuur en de geneeskunde.
Evolutie gaat door totdat een bepaalde soort is uit gestorven, dus wij als mensen zijn nog steeds aan het evolueren. Bijv. door ons eetpratroon, wisselen steeds minder kinderen hun melktanden voor volwassen hoektanden en kiezen. Wij passen ons aan aan ons eetpratroon. Want eigenlijk hebben we onze kiezen en hoektanden niet meer nodig, want wij hoeven rauw vlees niet meer te verscheuren met onze tanden, maar nu kunnn we bakken en eten we met mes en vork. Over die koers verschillen deskundigen nogal van mening. Sommigen zeggen dat we helemaal niet veranderen. Zo stelt de Keniaanse paleoantropoloog Richard Leakey dat evolutie alleen plaats vindt bij kleine, ge??soleerde groepjes: die drijven genetisch van elkaar af en verwerven zo steeds meer uiterlijke verschillen.”Een achterhaald idee”, reageert evolutiebioloog Menno Schilthuizen, werkzaam in het Leids Natuurhistorisch Museum Naturalis en aan de Universiteit Groningen. “We weten inmiddels dat evolutie ook plaatsvindt bij grotegroepen. Sterker nog, een omvangrijke populatie is een beter in staat voor vernieuwing: hoe meer voortplanting, hoe meer genetische varianten er ontstaan.”
Nog een voor argument is dat Onze hersenen krimpen.
Onze hersenen zijn de laatste 30.000 jaar van 1500 kubieke centimeter naar 1350 kubieke centimeter gekrompen. Er is een theorie die stelt dat onze hersenen krimpen zodat ze sneller werken en minder plaats innemen.
Bejaarden hebben vaak een slechter geheugen dan jongeren, ook als ze niet aan ziektes zoals Alzheimer of een andere vorm van dementie lijden. Volgens verschillende studies komt deze achteruit van je hersenen doordat menselijke hersenen krimpen naarmate je ouder wordt. Hersengebieden zoals de Hippocampus en de neocortex, die een essenti??le rol spelen bij onder meer informatieopslag, redeneren en abstract denken, verliezen na je 50e steeds meer van hun grijze en witte stof. Waardoor de hersencellen in deze gebieden slechter functioneren.
Andere mensapen, zoals onze naaste verwant, de chimpansee, hebben in veel mindere mate last van allerlei hersengerelateerde ouderdomsziektes dan mensen. Zouden hun hersenen misschien niet krimpen? Chet Sherwood, van de George Washington University besloot dit samen met een stel collega’s uit te zoeken. Samen maakten zij hersenscans van 69 chimpansees in de leeftijd van 10 tot 45 jaar. En vergeleken deze met de scans van 87, volledig gezonde mensen in de leeftijd van 22 tot 88.
En inderdaad: hoewel verschillende hersengebieden van de mensen, krompen naarmate mensen ouder waren, en bleven dezelfde hersengebieden bij de apen behoorlijk constant van volume.
Sherwood denkt dat we onze krimpende hersenen mogelijk te ‘danken’ hebben aan onze evolutie.
Maar Professor Steve Jones van het University College in Londen gaf een lezing met de titel; ‘De menselijke evolutie is voorbij’.
Jones baseert zijn voorspelling op het feit dat de belangrijkste voorwaarden voor een evolutieproces niet meer aanwezig zijn in de menselijke samenleving. Zo is er volgens de professor zeker in het westerse wereld geen sprake meer van natuurlijke selectie. “Vroeger stierf de helft van onze kinderen voor de leeftijd van 20 jaar”,
“Nu wordt 98 procent ouder dan 21 jaar. Onze levensverwachting is zo goed dat we gemiddeld maar twee jaar langer zouden leven als we alle ongelukken en ziektes zouden kunnen uitbannen. Kortom: de dood is al lang geen vorm van natuurlijke selectie meer.”