De bloedsomloop:
Bij vogels en zoogdieren bestaat het hart uit gescheiden helften. De rechterkamer en boezem zijn er voor de kleine bloedsomloop, die het bloed naar de longen brengt om zuurstofarm bloed zuurstofrijk te maken. De linkerkamer en boezem zijn er voor de grote bloedsomloop die het zuurstofrijke bloed rondpompt door de rest van het lichaam. De eerste afslag is naar het hart zelf, de kransslagader die het hart zelf van zuurstof en voeding moet voorzien. Het bloed gaat per ronde twee keer door het hart. Dit noemt men de dubbele bloedsomloop. Het verschil in afstand, en dus de vereiste druk tussen de kleine en grote bloedsomloop is zichtbaar in het hart. Waarbij de rechterkamer helft duidelijk kleiner is, en de rechterkamerwand is ook minder gespierd dus dunner.
De werking van het hart:
Het hart pompt het bloed rond in het lichaam in slagen. In rust zijn dat er 70 per minuut. Een dergelijke slag bestaat uit drie delen, in de eerste stap vullen de boezems zich met bloed van de holle aders en long ader. Daarna volgt de systole (samentrekking) van boezems. Die vullen de kamers en als die gevuld zijn, vindt de systole van de kamers plaats. De hartkleppen die dan dichtklappen zorgen er voor dat het bloed niet terug de boezems in stroomt. Dus de druk bouwt zich op in de kamer totdat die groter is dan in de aorta waardoor de halvemaanvormige kleppen open gaan en het bloed via de aorta en longslagader het hart verlaat. In de 0,4 seconde die daarna plaatsvind is de hartpauze (de diastole) waarbij de hartspier ontspant. Deze drie fases met een rust pauze er tussen in is ook zichtbaar op een ECG, of terwijl een hartslagmeter. De eerste piek is het samentrekken van de boezems. De 2de grootste piek is van de kamer samentrekking. De laatste piek is vlak voor de rust pauze.
Hoe wordt het hart aangestuurd:
Het hart is de belangrijkste spier in het menselijk lichaam, maar net als alle andere spieren wordt hij aangestuurd via elektrische signalen. Nu zou het fout gaan als die signalen via de hersenen via de kortste route door het hart zou gaan, van boven naar beneden. Voor een goede hartslag is een complex netwerk van zenuwcellen nodig die op het juiste moment een elektrische impuls afgeven. Eerst moet de bovenkant van de boezem geprikkelt worden, de SA knoop is daar verantwoorlijke voor. Daarna gaan de impulsen naar de onderkant van de boezem, waardoor die gaan samentrekken, om het bloed naar de kamers te stuwen. Daarna moet het impuls via de AV knoop naar de bundel van His, die zich dan opspiltst in de linker- en rechterbundel naar de hartpunt helemaal onderaan. Daar begint de prikkeling van het hart en daarmee de samentrekking van de spiercellen. Die samentrekking gaat van de hartpunt omhoog naar de halvemaanvormige kleppen om het bloed uit het hart te pompen.
De pacemaker:
Een aandoening of afwijking van het hart kan voorkomen, en is gezien het belang van de hartspier al snel een gevaarlijke situatie. Nu kan er iets fout gaan of verslijten aan het hart zelf; de kleppen slijten of de hartwand zwakt- of sterft af. Maar er kan ook wat fout gaan in de communtiactie met het hart die vaak het hart rimte verstoort. Dat kan of te langzaam gaan (bradycardie), of juist te snel (tachycardie) .Een 3de optie is dat het hartrimte onregelmatig is dat kan leiden tot hartfalen. In deze drie gevallen kan worden besloten om een kunstmatige pacemaker operatief naast het hart in te brengen. Een kunstmatige pacemaker is een klein elektrisch apparaat, die de SA knoop ook wel de pacemaker genoemd vervangt. De kunstmatige pacemaker neemt dus de taak van de SA knoop over, het ritme van het hart bepalen. Dat doet de pacemaker door elektrische impulsen via de sleutelbeenader en de holle ader in het hart te sturen. Door die prikkels zal het hart een normaal en contant ritme volgen.
Eigen ervaring practicum:
Ondanks het feit dat uit recentelijk onderzoek van T. Blaauwbroek is gebleken dat practicumlessen minder effectief zijn dan ‘standaard smartbord lessen’, was het practicum over het hart een zeer leerzame ervaring op veel gebieden. Zo heb ik geleerd dat het hart veel complexer is dan de afbeeldingen van bioboeken doen vermoeden. Zoals de velen koortjes de samen de hartkleppen in bedwang houden. Ook was het een nuttige ervaring om te leren hoe een practicum in zijn werk gaat, en hoe je bijvoorbeeld een hart moet opsnijden zonder te veel schade te veroorzaken aan de hartonderdelen die je wil bekijken. Dus ik vind dat het een van de meest nuttige lessen van het jaar was (voor bio).