Hoe hebben (huidige) adoptieouders de voorlichting vanuit Wereldkinderen voorafgaand aan de adoptie van een kind met een special need ervaren?
Naam Auteur(s): Bianca Egberts
Studentnummer: 972707313
Leervak: Oriëntatie op beleid
Datum vervaardiging (afgerond): 15 december 2015
Plaats: Alphen aan den Rijn
Logo van de instelling waarvoor het verslag is geschreven.
Voorlichting vanuit Wereldkinderen
Hoe hebben (huidige) adoptieouders de voorlichting vanuit Wereldkinderen voorafgaand aan de adoptie van een kind met een special need ervaren?
Naam: Bianca Egberts
Datum verslag: 15 december 2015
Plaats: Alphen aan den Rijn
Kader: Dit verslag over de voorlichting die stichting Wereldkinderen geeft bij de adoptie van een special needs kind, is geschreven voor het vak oriëntatie op beleid, in het tweede leerjaar van de opleiding SPH.
Samenvatting
Dit essay is de eindopdracht voor het vak jeugdzorg en jeugdzorgbeleid.
Per 1 januari 2015 is de nieuwe jeugdwet van kracht. Dit heeft tot gevolg dat veel van de verantwoordelijkheden per ingang van deze wet bij de gemeenten liggen. Dit brengt een aantal wijzigingen met zich mee.
In dit essay beschrijf ik het woonplaatsbeginsel, dat ook onderdeel is van de nieuwe jeugdwet. Door het woonplaatsbeginsel is de stabiliteit van kinderen met een residentiële indicatie niet meer gewaarborgd. Dit kan zeer grote gevolgen hebben voor de kinderen, omdat ze mogelijk noodgedwongen verplaatst moeten worden. De wet kent een overgangsregeling, maar deze is maar zeer kort, en daarna ligt het heft in handen van de gemeente.
Veel kinderen die in een residentiële woonvorm verblijven, hebben al zeer veel trauma’s doorgemaakt in hun nog jeugdige leven. Stabiliteit is belangrijk in de ontwikkeling van veel kinderen. Hierdoor is soms nog veilige hechting mogelijk en kunnen de kinderen opgroeien tot evenwichtige volwassenen. Door het verplaatsen van kinderen, kunnen de trauma’s en problemen verergeren en is veilige hechting bijna onmogelijk.
Inhoudsopgave
Blz. 2 Samenvatting
Blz. 3 Inhoudsopgave
Blz. 4 Inleiding
Blz. 5 Stel je voor….., De jeugdwet per 1 januari 2015
Blz. 6-7 Het woonplaatsbeginsel
Blz. 8 Diverse maatregelen voor hulp aan kinderen
Blz. 9 Hechting
Blz. 10 Stabiliteit
Blz. 11 Conclusie en aanbevelingen
Blz .12 Literatuurlijst
Inleiding
Dit essay is bedoeld als eindopdracht voor het vak jeugdzorg en jeugdzorgbeleid, van het tweede leerjaar van de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH).
Ik beschrijf hierin de gevolgen van de nieuwe jeugdwet, en dan met name de gevolgen van het woonplaatsbeginsel.
Ik licht toe om wat voor kinderen het gaat, en wat de gevolgen zijn van het mogelijke verplaatsen van kinderen. Ik hoop hiermee duidelijk te maken dat in de nieuwe jeugdwet de stabiliteit van een aantal kinderen niet gewaarborgd is. Dit kan grote gevolgen hebben. Wat deze gevolgen kunnen zijn licht ik ook toe.
Toelichting keuze onderwerp
Voor dit onderzoek naar een beleidsonderwerp, heb ik gekozen om te onderzoeken hoe ouders de voorlichting van de adoptie van een special need kind ervaren, bij stichting Wereldkinderen. Ik ben zelf adoptieouder van 2 dochters, waarvan één meisje met een special need. Ik heb de voorlichting bij de organisatie waarbij wij geadopteerd hebben, als zeer gebrekkig ervaren. Er werd geen ongevraagd advies gegeven, we werden niet geholpen met het leggen van contacten met ervaringsdeskundigen, de toegestane special need in ons rapport klopte niet met de special need van het kindje wat wij wilden adopteren, en er werd weinig ingegaan op de special need en het feit of wij dat als ouders aan konden. In mijn privé leven, heb ik contact met de directeur van stichting Wereldkinderen (dit is een andere organisatie dan de organisatie waar wij door bemiddeld werden), en ik ben benieuwd naar de voorlichting die zij geven bij de adoptie van een special needs kindje, en de ervaringen van ouders over deze voorlichting. Ik denk dat deze voorlichting van cruciaal belang is, om ervoor te zorgen dat er een goede match plaats vindt tussen een adoptieouder en een kindje. Voor ouders is het belangrijk dat ze weten waar ze aan beginnen, het gaat immers over een kind wat de rest van je leven in je gezin zal verblijven. De grote vraag is of Wereldkinderen over voldoende kennis beschikt, om aspirant-adoptieouders voldoende en juiste voorlichting te geven over kinderen met een special need. Deze voorlichting geeft Wereldkinderen middels hun website, themabijeenkomsten, en tijdens intakeprocedure.
De onderzoeksvraag de ik heb, is: Hoe hebben (huidige) adoptieouders de voorlichting vanuit Wereldkinderen voorafgaand aan de adoptie van een kind met een special need ervaren?
Doelstelling
De doelstelling van het onderzoek, is om te onderzoeken hoe Wereldkinderen de voorlichting heeft verzorgd voor aspirant adoptieouders. Op basis van de uitkomsten, kunnen mogelijk aanbevelingen worden gedaan om deze voorlichting te verbeteren.
Vraagstelling
Hoofdvraag:
Hoe hebben (huidige) adoptieouders de voorlichting vanuit Wereldkinderen voorafgaand aan de adoptie van een kind met een special need ervaren?
Deelvragen:
1. Op welke manier is er door Wereldkinderen voorlichting gegeven?
2. Wat betekent het adopteren van een kind met een special need voor en adoptieouder?
3. Wat betekent het adopteren van een kind met een special need voor de invulling van de voorlichting van Wereldkinderen?
Inhoud en achtergrond
Aanleiding
Vereniging Wereldkinderen is een organisatie die zich bezighoudt met steun aan kinderen die in nood verkeren, in Azië, Afrika en Latijns-Amerika. Zij doen dit door middel van ondersteuningsprojecten, en door interlandelijke adoptie. Adoptie betekent letterlijk het aannemen van een kind. Wettelijk gezien worden de banden met biologische ouders verbroken. Er komen de laatste jaren steeds minder kinderen voor adoptie naar Nederland. Daarnaast hebben de kinderen die nog wel naar Nederland komen voor adoptie, vaak een special need. Dit houdt in dat dit kinderen zijn die extra zorg nodig hebben. Je kunt dan denken aan schisis, prematuur, missende ledematen, hartprobemen, HIV, diabetes. Deze special needs vragen soms meer van adoptieouders, dan het adopteren van een gezond kindje. Daarnaast vraagt adoptie sowieso veel van ouders.
Door de toename van kinderen met een special need, is het voor vereniging Wereldkinderen belangrijk om te weten of de voorlichting aan (aspirant) adoptieouders nog voldoende is. Voor Wereldkinderen is het belangrijk hoe ouders deze voorlichting ervaren hebben. Wereldkinderen heeft haar huidige voorlichting gebaseerd op kennis van de medewerkers. De vraag is of dit volledig en correct is.
Het verzorgen van een volledige en goede voorlichting aan ouders, is uiteindelijk belangrijk om ervoor te zorgen dat een kindje bij de juiste adoptie ouders terecht komt. Dit heet “matching”. Het spreekt voor zich, dat alles valt of staat bij de matching, deze is bepalend voor de rest van het leven van zowel het kind, als de ouders. Het is belangrijk dat ouders weten waar ze aan beginnen, en het begeleiden en opvoeden van een kindje met een special need, aankunnen. Het is algemeen bekend dat er met geadopteerde kinderen problemen kunnen ontstaan. De maatschappij is er bij gebaat dat dit zo min mogelijk gebeurt. Om eventuele problemen te voorkomen, is goede voorlichting belangrijk.
Achtergronden
Om te mogen bemiddelen voor interlandelijke adoptie, wordt vanuit het Ministerie van Veiligheid en Justitie een vergunning afgegeven. Interlandelijke adoptie is het adopteren van een kind uit het buitenland. In Nederland zijn in totaal vijf vergunninghouders actief, waarvan vereniging Wereldkinderen er één is. Vereniging Wereldkinderen is in 1971 opgericht. Adoptie en buitenlandse ondersteuningsprojecten zijn de belangrijkste aandachtspunten van Wereldkinderen. Per 1 januari 2014 heeft Wereldkinderen 4.537 leden, 2.469 sponsors en 135 vrijwilligers. Leden steunen het werk van Wereldkinderen, en sponsors zorgen voor financiële steun. Vrijwilligers organiseren tal van activiteiten voor zowel (aspirant) adoptieouders als adoptiekinderen. Eind 2013 had Wereldkinderen 15 betaalde krachten in Nederland, en 5 betaalde krachten in het buitenland. Zij werken samen met partnerorganisaties in verschillende landen. De projecten die ze ondersteunen, hebben als thema’s gezondheid, HIV/Aids, microkrediet, onderwijs en sport.
Wereldkinderen richt zich op vier interventiestrategieën. In eerste instantie richten ze zich op het versterken van die biologische familie van het kind. Ten tweede steunt Wereldkinderen projecten rond het re-integreren van kinderen in hun biologische familie. Ten derde richt Wereldkinderen zich op gezinsvervanging in het eigen land. Als er voor een kind geen mogelijkheden zijn om in zijn gezin of vervanging daarvoor op te groeien in eigen land, bemiddelt Wereldkinderen middels interlandelijke adoptie.
De afgelopen jaren is het aantal aanmeldingen van aspirant adoptieouders om een kind te mogen adopteren, sterk afgenomen. (van 1.770 verzoeken in 2009, tot 688 verzoeken in 2013). In 2013 was het aantal dat een special need had, 61%. Er is ook een afname te zien in het aantal jonge kinderen dat ter adoptie wordt afgestaan. Het aantal buitenlandse adoptiekinderen dat in Nederlandse gezinnen wordt opgenomen, laat een daling zien. Van 1.307 in 2004, naar 682 in 2009, naar 401 in 2013. Wereldkinderen ontving in 2013 149 aanmeldingen, in 2012 waren dit er nog 157. Dit betekent een terugloop van 5%, wat minder is dan de landelijke terugloop van 14%. Daarnaast komen er steeds meer kinderen naar Nederland met een special need. In 2013 heeft Wereldkinderen 121 kinderen geplaatst, 32 kinderen kunnen als gezond worden beschouwd, 89 kinderen hebben een special need.
Adoptieprocedure
De adoptieprocedure begint met het aanvragen van een beginseltoestemming bij de stichting adoptievoorzieningen (SAV). Het ministerie van veiligheid en justitie heeft de SAV aangewezen om te toetsen of iemand voldoet aan de basisvoorwaarden om een kind te mogen adopteren. Bij de aanmelding wordt een BKA (Buitenlands Kind ter Adoptie) nummer verstrekt. Dit nummer bepaalt de volgorde van de behandeling van de aanvraag. Na de aanmelding volgt een informatiebijeenkomst. In deze 3 uur durende bijeenkomst die gegeven wordt door de SAV, wordt informatie gegeven over de adoptieprocedure. Na deze bijeenkomst volgen vijf verplichte voorlichtingsbijeenkomsten, ook gegeven door de SAV. Tijdens deze bijeenkomsten krijgen aspirant adoptieouders te horen wat het inhoudt om een kind te adopteren. In de bijeenkomsten worden de volgende thema’s behandeld; biologische ouders, voorgeschiedenis van het kind, verlies en rouw, hechting, identiteit en loyaliteit, en wensen en grenzen ten aanzien van het te adopteren kind. Na afronding van de bijeenkomsten volgt het gezinsonderzoek, uitgevoerd door de Raad voor de Kinderbescherming. Het onderzoek bestaat uit een aantal gesprekken met de raadsonderzoeker. Het doel hiervan is om vast te stellen of aspirant-adoptieouders geschikt zijn voor het adopteren van een kind. Op basis van dit onderzoek stelt de Raad voor de Kinderbescherming een advies op voor het ministerie van Veiligheid en Justitie, voor het wel of niet afgeven van een beginseltoestemming. Op basis van dit advies, neemt het Ministerie voor Veiligheid en Justitie een beslissing of er wel of geen toestemming wordt gegeven voor het adopteren van een kind (beginseltoestemming). Een aspirant-adoptieouder kan kiezen voor volledige bemiddeling door een vergunninghouder, of voor deelbemiddeling. Bij volledige bemiddeling vindt de gehele procedure plaats bij een vergunninghouder. Bij deelbemiddeling leggen aspirant-adoptieouders zelf contacten in het buitenland en controleert de vergunninghouder alleen. Op het moment dat er een “match” is tussen een kind en aspirant-adoptieouders, wordt het kind voorgesteld. Als dit voorstel geaccepteerd wordt, moeten er allerlei formaliteiten geregeld worden, waarna aspirant-adoptieouders kunnen afreizen om hun kind op te halen. Eenmaal terug in Nederland, moeten er nog formaliteiten geregeld worden om de adoptie helemaal rond te maken, dit is afhankelijk van het land waar het kind vandaan komt. Een aantal landen heeft namelijk het Haags Adoptieverdrag getekend, in dat geval wordt de adoptie in Nederland erkend. Als een land niet onder het Haags Adoptieverdrag valt, dient in Nederland nog een rechtszaak plaats te vinden.
Procedure bij Wereldkinderen
Als ouders er na het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming voor kiezen om te laten bemiddelen door Wereldkinderen, kunnen zij zich daar inschrijven. Eerst volgt een intakegesprek voor de wensen en grenzen van aspirant-adoptieouders, en diverse eisen die de mogelijke landen hebben. Aan de hand hiervan en de adviezen in het raadsrapport, wordt gekeken naar de bemiddelbaarheid. Als aspirant-adoptieouders bemiddelbaar zijn, dienen zij een keuze voor een land te maken en hun wensen en grenzen aan te geven. Als deze keuze gemaakt is, start de procedure in het buitenland. Aspirant-adoptieouders verzamelen de benodigde documenten van het betreffende land, zoals bijvoorbeeld een bewijs van goed gedrag, aanbevelingsbrief, werkgeversverklaring, medische verklaring. Wereldkinderen organiseert voor elk land waarvoor zij bemiddelen speciale voorlichtingsbijeenkomsten. Tijdens deze bijeenkomsten krijgen aspirant-adoptieouders informatie over de procedure en kunnen zij kennis maken met andere aspirant-adoptieouders die hetzelfde land hebben gekozen. Als de documenten naar het betreffende land zijn gestuurd, volgt na enige tijd een voorstel. Als aspirant-adoptieouders het voorstel accepteren, krijgen ze achtergrondinformatie, foto’s en een medische rapportage. Als het om een kind gaat met een medisch probleem, wordt de medische informatie uit het buitenland altijd eerst besproken met een kinderarts uit het Onze Lieve Vrouwen Gasthuis (ziekenhuis) in Amsterdam. Als alles uiteindelijk rond is, volgt een informatiebijeenkomst, waarin ouders voorbereid worden op de aanstaande reis naar hun adoptiekind. Na deze bijeenkomst volgt de reis. Tijdens deze reis worden adoptieouders begeleid door een contactpersoon van Wereldkinderen in het betreffende land.
Special need
Special need is een term die in de adoptiewereld veel gebruikt wordt. Een kind met een special need, houdt in dat het een kind betreft die extra zorg nodig heeft. Er zijn diverse categorieën special need. De categorieën die het Ministerie aanhoudt zijn: verhoogd medisch risico, operabel probleem, operabel probleem plus therapie-/revalidatie behoefte, blijvende aandoening, belaste sociaal/emotionele achtergrond. Het adopteren van een kind met een special need vraagt over het algemeen meer van een adoptiegezin, dan een reguliere adoptie. Daarnaast is er een groot Leids onderzoek geweest naar adoptiekinderen uit China. Binnen dit onderzoek hadden 189 kinderen bij de overdracht een special need. In 16 % van de gevallen bleek de special need ernstiger dan van te voren werd ingeschat.
Voorlichting special need
Definitie hechting. Geraadpleegd op 25 september 2015 op http://www.nji.nl/Hechting-en-hechtingsproblemen-Probleemschets-Definitie
Eindevaluatie proeftuinen Jeugd en Gezinsteams. (oktober 2014). Geraadpleegd op 4 november 2015 op http://www.cjgprof.nl/nieuws/Eindevaluatie-proeftuinen-Jeugd–en-Gezinsteams/1207/238/3024
Factsheet woonplaatsbeginsel. (April 2014). Geraadpleegd op 29 juli 2015 op https://www.voordejeugd.nl/…/Factsheet%20Woonplaatsbeginsel.pdf
Faq’s over Toegang Jeugdhulp. Geraadpleegd op 18 september 2015 op https://vng.nl/onderwerpenindex/jeugd/jeugdhulp/faqs-over-toegang-jeugdhulp
Graas, D., Liefaard, T., Schuengel, C., Slot, W. & Stegge, H. (redacteurs). (2009). De Wet op de jeugdzorg in de dagelijkse praktijk. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
Jeugdbescherming. Geraadpleegd op 10 september 2015 op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdbescherming/vraag-en-antwoord/wanneer-ondertoezichtstelling
Kinderrechtencollectief, artikel 4, 6 en 18. Geraadpleegd op 2 november 2015 op http://www.kinderrechten.nl/p/13/
Maatregelen van kinderbescherming. Geraadpleegd op 10 september 2015 op http://www.kinderbescherming.nl/wat_doet_de_raad/bescherming/maatregelen_van_kinderbescherming/
Notitie jeugdhulp 2015, inclusief begroting. (18 juli 2015). Geraadpleegd op 4 november 2015 op http://www.hollandrijnland.nl/themas-projecten/jeugdhulp/Notitie%20jeugdhulp%202015%20inclusief%20begroting%20DEF.pdf
Ondertekening samenwerkingsprotocol Raad voor de Kinderbescherming. Geraadpleegd op 4 november 2015 op http://www.hollandrijnland.nl/themas-projecten/jeugdhulp/ondertekening-samenwerkingsprotocol-raad-voor-de-kinderbescherming
Opdrachtformulering integrale crisisdienst 0-100 MH. (april 2015). Geraadpleegd op 4 noveber 2015 op http://www.hollandrijnland.nl/vergaderingen/pho-sociale-agenda/20-05-2015/07b%20Opdrachtformulering%20integrale%20crisisdienst%200-100%20versie%2028%20april%202015.pdf/view
Opgroeien van langdurig uithuisgeplaatste kinderen. (januari 2013). Geraadpleegd op 30 juli 2015 op http://www.gezinspiratieplein.nl/lezen-weten/lijst-met-alle-publicaties/37-kennisagenda-langdurig-opgroeien/file
Overzicht gecontracteerde aanbieders Holland Rijnland. Geraadpleegd op 30 september 2015 op http://www.hollandrijnland.nl/themas-projecten/jeugdhulp/aanbieders-jeugdhulp/overzicht-gecontracteerde-instellingen
Regiokaart. Geraadpleegd op 30 juli 2015 op http://jeugdbeschermingwest.nl/kaart/voor-gemeenten-en-professionals
Snijder, M. (2015). Samen om het kind. Een sterke basis. Utrecht: Nederlands Jeugd Instituut.
Scriptie gezinshuizen Linda van der Meer. Geraadpleegd op 30 juli 2015 op http://www.gezinshuis.com/documenten/cat_view/31-kennisbank
Veilig thuis. Geraadpleegd op 4 september 2015 op http://www.jeugdzorgnederland.nl/amk/
Vragen woonplaatsbeginsel. Geraadpleegd op 29 juli 2015 op http://www.nji.nl/nl/Helpdesk-Transitie/Vragen-woonplaatsbeginsel