De titel van dit boek luis, Im Westen nichts Neues. Het boek heeft geen ondertitel. De titel van het boek kan pas op het einde van het boek verklaard worden door een gebeurtenis in het boek. Paul sterft, nadat kat gestorven is, als laatste van de groep. Hij sterft kort voor het einde van de oorlog. Hij sterft op een dag dat het erg rustig is op het front, er gebeurt niet veel en er komt een bericht “Im Westen nichts Neues” als ernaar wordt gevraagd hoe het er in het westen mee staat.
Eigenlijk is de titel dus heel ironisch, aangezien de titel iets positiefs aangeeft maar de hoofpersoon juist overlijd.
2. Wie is de schrijver en vertel iets over zijn leven.
De schrijver van dit boek is Erich Maria Remarque. Dit is een pseudoniem voor Erich Paul Remark. Hij wordt geboren op 22 Juni 1898 in Osnabrück. In 1916 (de eerste wereldoorlog) werd hij naar het front gestuurd. Hij raakte hierbij zwaargewond. Vlak na de oorlog begon hij met het schrijven van “Im Westen nichts Neues” dit werd in 1928 gepubliceerd. Het werd een groot boek doordat het een van de eerste boeken was die niet ging over hoe heldhaftig de soldaten waren, maar juist ging over de gewone soldaten en wat die allemaal moesten doorstaan. Het boek werd in 1930 al verfilmd.
Toen Hitler aan de macht kwam in Duitsland, werd zijn boek verboden omdat het tegen het vaderland zou zijn. Maar hij liet zich niet tegenhouden en schreef zijn tweede boek (Der Weg zurück). Dit boek ging over de ervaringen van de Duitsers na de Eerste wereldoorlog. In 1932 vluchtte hij met zijn vrouw naar Zwitserland.
In 1939 verhuisde hij naar de VS, hier scheidde hij met zijn vrouw. Hij heeft nog andere relaties gehad en verhuisde in 1958 terug naar Zwitserland. Hij heeft hier gewoond tot 1970, toen is hij overleden.
Remark schreef vooral oorlogsromans en novelles.
3. Is het werk een roman, novelle, of theaterstuk?
Dit boek zou een historische roman genoemd kunnen worden. Toch valt hierover te twijfelen aangezien dit boek maar tien jaar na de Eerste Wereldoorlog geschreven is.
4. Tot welke literaire periode behoort dit werk?
De literaire stroming waar we dit onder zouden kunnen rekenen is de nieuwe zakelijkheid (Neue Sachlichkeit). In deze stroming wordt geprobeerd de nieuwe werkelijkheid realistisch weer te geven zonder daarbij te veel emoties op te roepen. Toch vind ik dat er vaak wel veel emoties worden opgeroepen en dat de schrijver soms ook echt wil laten zien hoe zinloos de oorlog was.
Deze stroming is ontstaan in de jaren twintig. Er ontstaat een nieuwe houding ten opzichte van de wereld en het leven. Dit gevoel komt voort uit die verschrikkelijke Eerste Wereldoorlog. De nieuwe zakelijkheid, interesseert zich in eerste instantie voor de werkelijkheid. Actualiteit en belangstelling voor de eigen tijd zijn kenmerkend voor deze stroming.
5. Heeft de schrijver een bedoeling met dit werk?
Ik denk dat het doel van dit werk is dat de schrijver de lezer wil proberen te ontroeren en wil laten merken dat de ellende die in de eerste wereldoorlog gebeurde. Op dat moment dat hij het schreef nog steeds voorkomt in de wereld. Ook denk ik dat, juist doordat het door een Duitse soldaat is geschreven, veel niet-Duitsers, die het moeilijk gevonden hebben om zich met de “vijand” te verenigen, door dit boek hebben kunnen inzien dat er in een oorlog vaak helemaal geen goede of slechte mensen zijn op het niveau van gewone soldaten.
6. Omschrijf het werk
Dit is een oorlogsroman, hierbij gaat het om de invloed die de oorlog heeft op gewone mensen die gedwongen worden te vechten. Ook worden de gruwelijkheid en de wreedheid van de oorlog beschreven. Het boek gaat eigenlijk voortdurend over de oorlog en dus is het thema heel duidelijk terug te zien.
7. Is de tijdstructuur chronologisch of niet?
Het verhaal heeft geen voor- en nawoord. Wel heeft het een heel kort voorwoord. Hierin wordt verteld over het leven van de generatie dat verpest is door de oorlog. Het is chronologisch verteld maar heeft af en toe flashbacks naar eerdere perioden.
8. Waar en wanneer speels het verhaal zich af?
Het verhaal speelt zich voor het grootste deel af aan het westfront. Dit is in België en Frankrijk. Er wordt namelijk een keer beschreven dat ze naar de Ardennen gaan. Ze brengen ook een nacht door bij Franse meisjes, het is vrij logisch dat dit dus in Frankrijk geweest zal zijn. Verder speelt het zich ook af in Duitsland, in de geboorteplaats van Paul, maar dit is alleen als hij naar huis gaat. Van deze plaats wordt in het boek nooit de naam genoemd.
Het verhaal speelt zich af in de Eerste Wereldoorlog. Deze jaartallen zie je terugkomen in het boek. De verlopen tijd in het verhaal is van 1916 tot 1918. Dit is dus een periode van 2 jaar. Dit wordt uitgestreken over 199 bladzijdes.
9. Wie zijn de hoofdpersonen? Beschrijf ze kort
Paul Bäumer: hij is de belangrijkste persoon in het verhaal. Hij komt in 1916 na een trainingskamp van 10 weken in de oorlog. Hij is bang voor de dood en heeft ook een hekel aan doden. Aan het einde is hij minder bang en sterft hij zelf.
Staislaus Karczinsky: hij is de leider bij de groep van Paul. Paul en hij zijn goede vrienden van elkaar. Hij wil graag anderen helpen met zijn ervaring op het gebied van oorlog. Hij is dan ook een erg sociaal persoon. Hij probeert anderen altijd gerust te stellen en is niet bang voor de dood.
Himmelstoß: hij is een onderofficier en geeft bevelen om Paul en anderen te kwellen. Hij is erg arrogant en vind zichzelf geweldig. Het lijkt er vaak op alsof hij het leven van de soldaten alleen maar tot een hel wil maken. De meeste mogen hem dan ook niet.
Kantorek: hij is een leraar. De jongens waren vroeger bang voor hem, maar aan het front lachen ze om hem. Hij wil dat alle jongens de oorlog in gaan en is erg streng. Hij doet zijn best om anderen wat te leren en is erg sympathiek. Door hem krijgen de jongens een ideaalbeeld van de oorlog. Toch beseft hij niet dat hij de jongens de dood instuurt.
Albert Kropp: hij zat vroeger bij Paul in de klas en hij zit bij het front ook in dezelfde groep als Paul. Hij is erg brutaal en een goede vriend van Paul. Hij durft voor zichzelf op te komen en laat niet over zich heenlopen. Daartegen is hij wel een hele eerlijke vent.
Müller V: hij zat vroeger ook in dezelfde klas als Paul en zit ook in dezelfde groep als Paul op het front. Müller is altijd vrolijk en hecht veel waarde aan vriendschap. Hij probeert altijd vrolijk te zijn en is niet bang om dood te gaan.
Tjadden: hij was vroeger monteur en zit nu bij Paul in de groep. Hij is een vriend van Paul. Hij pikt niet alles van iedereen, hij is redelijk rustig, maar als hij vind dat hij niet goed behandeld wordt komt hij wel voor zichzelf op.
Haie Westhus: hij zit ook in dezelfde groep als Paul. Hij is een vriend van Paul. Hij is de stilste van de groep maar komt soms ineens heel onverwachts uit de hoek met een opmerking. Hij heeft zelf erg veel angst om dood te gaan, alhoewel hij dit weinig laat merken, maar probeert anderen wel te kalmeren.
Franz Kemmerich: Hij is een oude schoolkameraad van Paul. En zit ook in de groep van Paul. Hij is een vriend van Paul. Hij sterft in een ziekenhuis voor militairen. Hij is erg realistisch, niet bang voor de dood en behoud altijd zijn gevoel voor humor. Hij is voor anderen een erg goede vriend en is een sympathieke man.
10. Is er sprake van een keerpunt in het verhaal?
Nee er is geen sprake van een climax in dit verhaal.
11. Geef een samenvatting van je werk
In 1916 komt Paul samen met zijn vrienden, Katczinsky, Kropp, Müller, Tjaden, Westhus en Kemmerich, als vrijwilliger in de oorlog. Ze zijn door hun leraar gemotiveerd om mee te vechten in de oorlog. Hun idee van de oorlog is door hem geïdealiseerd. Voor ze op het front komen gaan ze eerst 10 weken op trainingskamp. Samen met Kemmerich, Kropp en Müller komt hij in een groep onder leiding van Staislaus Katczinsky.
Als de jongens op het front komen blijkt het dat het heel anders is dan het beeld wat zij voor zich hadden. Men denkt niet aan het feit dat je vecht voor je vaderland, maar het is puur overleven voor jezelf. Er sterven veel soldaten, maar het voedsel wat voor hen bestemd was kunnen de andere soldaten nu opeten. Al snel raakt Kemmerich, als eerste van Paul zijn vriendengroep gewond. Hij heeft een schotwond en overlijd in het militair ziekenhuis waar Paul bij is. Paul belooft Kemmerichs moeder te schrijven over het overlijden.
Ondertussen komen er steeds meer soldaten op het front. Het enige wat uitmaakt op het front is doden en overleven. De groep waar Paul bij zit heeft veel angst. Ze praten vaak over vrede. Ze krijgen ruzie met Himmerstoß. Kropp en Tjaden krijgen hierdoor straf. Ondertussen wordt de samenwerking tussen de samenwerking tussen de Duitsers steeds slechter. De Fransen en Engelsen zijn veel sterker.
Himmelstoß komt ook aan het front. Er zijn nog maar 32 van de 150 soldaten in hun groep over. Omdat dit veel te weinig is wordt er een nieuwe indeling gemaakt. Ondertussen is Haie Westhus ook overleden, zijn hele rug lag open. De overgebleven vrienden proberen nog wel lol te maken. Dit doen ze vooral om minder te lijden. Zo slapen ze bijvoorbeeld een keer een nacht bij 3 Franse meisjes. Dan krijgt Paul 17 dagen verlof. Hij heeft het erg moeilijk en huilt veel. Zijn moeder is erg ziek, ze leidt namelijk aan kanker. Ook ziet hij hier dat alle Duitsers een heel andere kijk hebben op de oorlog dan hij doet, maar Paul kan hier niet met hen over praten. Paul moet lachen als hij hoort dat zijn leraar, Kantorek, ook als soldaat de oorlog is ingegaan.
Voordat Paul terug gaat naar het front moet hij op een cursus. Hij komt een groep gevangengenomen russen tegen en vraagt zich af waarom ze toch de vijand zijn. Hij geeft hen eten en sigaretten. Op een gegeven moment komen zijn vader en zijn zus hem bezoeken. Het gaat slechter met zijn moeder. Als hij weer terug gaat naar het front voelt hij zich hier helemaal thuis.
Daarna breken drie betere weken aan. De groep van Paul moet de voedselvoorraad bewaken en op een gegeven moment is er een overvloed aan voedsel. Bij een aanval van de fransen raken Albert Kropp en Paul gewond aan hun been. Paul zijn been geneest snel maar die van Albert moet geamputeerd worden. De omstandigheden in het ziekenhuis zijn slecht. De artsen experimenteren vaak maar wat en er zijn veel slachtoffers. Paul keert terug naar het front en bijna al zijn vrienden sterven, alleen Paul en Katczinsky blijven over. De Duitse troepen moeten steeds verder terugtrekken. Ze gaan de oorlog verliezen en iedereen weet dit. Veel soldaten gaan dood doordat ze gewond zijn, ziek zijn of zelfmoord plegen. Er is weinig voedsel en er is gebrek aan munitie. In de zomer van 1918 sterft Katczinsky. Paul is de enige die over is van de groep en hij beseft dat hij zijn normale leven niet meer terug zal krijgen als hij dit overleeft. Hij zal dit nooit kunnen verwerken. Niet het verlies van degenen die hij is kwijtgeraakt, als de dingen die hij heeft meegemaakt. In oktober 1918 sterft Paul zelf, op de dag dat het bericht komt; Im Westen nichts Neues, op zijn front dus. De oorlog was op dit moment bijna voorbij. Als hij dood gaat ligt bij met zijn gezicht naar de grond gericht, wanneer men hem omdraait lijkt het bijna alsof hij tevreden is dat hij is doodgegaan.
12. Is er een open of een gesloten einde?
Het is een gesloten einde. Paul is op het einde dood. Ook is de oorlog bijna op zijn einde.
13. Wat vond je van het boek en waarom?
Ik vind oorlogsboeken meestal wel ‘leuk’ om te lezen. De gebeurtenis op zichzelf is natuurlijk niet leuk, maar ik vind het erg interessant om hierover te lezen. Dit boek vond ik sowieso wel erg interessant, dit kwam door twee aspecten. Ten eerste is dit geschreven vanuit de ogen van een Duitse soldaat. Iemand die wij altijd maar beschouwen als de slechten. Terwijl deze mensen eigenlijk ook maar vechten voor zichzelf. Het enige wat deze mensen willen is overleven. Ten tweede vond ik dit erg interessant omdat het over de Eerste Wereldoorlog ging, in plaats van de Tweede wereldoorlog (daar gaan immers de meeste oorlogsverhalen over). Wij waren als land natuurlijk neutraal in de Eerste wereldoorlog en eigenlijk wist ik er misschien daardoor ook minder over dan dat ik wist over de Tweede Wereldoorlog.
In het boek wordt goed duidelijk hoe verschrikkelijk zon loopgravenoorlog is. Er worden veel details beschreven over op wat voor afschuwelijke manier mensen sterven en hoe de soldaten op het front vechten als beesten omdat ze willen overleven en vele van hen bang zijn voor de dood. Dit vond ik heel indrukwekkend geschreven. Je kan je niet voorstellen hoe het voor deze mensen geweest zal zijn, maar toch krijg je doordat het zo gedetailleerd beschreven is een gevoel hoe het misschien geweest zal zijn.
Wel vond ik het soms erg lastig, maar dit komt meer doordat ik Duits een lastige taal vind dan door de moeilijke schrijfstijl, want het las verder best wel makkelijk weg. De grote lijnen van het verhaal waren makkelijk te volgen.