Het modernisme is een verzamelnaam van een intellectualistische stroming die plaatsvond tussen 1900 en 1940. Het modernisme ging de hele wereld over en het ontstond door een culturele beweging die na de Eerste Wereldoorlog in verzet kwam tegen de traditionele vormen van literatuur, architectuur, kunst maar ook het geloof en het dagelijks leven. Ze wouden deze onderwerpen moderner maken, dus vonden ze dat de moderne roman, het moderne toneel, de poëzie en de architectuur vernieuwd en verbeterd moesten worden. Voor het eerst werd het modernisme gebruikt in Spanje, een dichter Rubén Darío had het toegepast in een literair tijdschrift in 1890. Hij wilde er voor zorgen dat de literaire onafhankelijkheid in Spanje werd verbeterd.
Het modernisme bestaat dus uit verschillende stromingen. Zo heb je als eerst de literatuur. In de literatuur wouden vooral Angelsaksische schrijvers vernieuwing, en traden ze op tegen de traditionele literatuur. Er zijn veel beroemde (buitenlandse) auteurs die modernistische romans schreven, zo heb je James Joyce, William Butler Yeats en Virginia Woolf. Behalve het modernisme, ontstond ook in de negentiende eeuw het realisme en naturalisme. Hun dachten dat er een kans was dat je de mens en zijn wereld kan kennen en beschrijven. Modernisten wisten dat niet zeker. Een belangrijk kenmerk van het modernisme is dan ook dat ze aan alles twijfelden. Ze geloofden dat de moderne mens een twijfelaar was geworden, dit kwam door de drukke periode waar democratisering en industrialisatie opkwamen. Maar ook was net de Eerste wereldoorlog voorbij en was er een kans op een tweede.
Een modernistische auteur zal dus geen geheel schrijven, maar hij geeft de lezer een beperkt beeld van de verhaalwerkelijkheid. De auteur observeert dus wel, maar zal aarzelen wanneer er een keuze moet worden gemaakt of als er actie moet worden ondernomen. Er wordt dus veel gedacht en maar weinig gehandeld. Het gaat dus niet meer om het weergeven van handelingen en gebeurtenissen maar juist om het personage zelf en zijn waarneming en reflectie. En dit wordt getoond door het bewustzijnsstroom, ook wel de stream-of-consciousness- techniek. Deze techniek is een groot kenmerk van het modernisme. Het gaat hier om gedachtes, herinneringen, relaties en observaties die chaotisch door elkaar aan de lezer wordt vertoont. Het ging dus niet meer om de objectieve waarheid, maar om de subjectieve ervaring van de werkelijkheid. In een modernistische tekst ging het dus om de innerlijke wereld van de individu en ging het niet om het laten zien van de sociaalmaatschappelijke sfeer.
Een laatste kenmerk heeft te maken met de chronologie van het verhaal. De tijdsvolgorde was namelijk niet chronologisch maar fragmentarisch. Het bestond namelijk uit allemaal brokstukken die vol zaten met herinneringen en gedachtes. Er zijn verschillende tijdlagen die met elkaar verbonden zijn. Daarom moet je als lezer een actieve leeshouding hebben, je moet eigenschappen kunnen herkennen. Behalve de literatuur, had het modernisme ook invloed op de schilderkunst. In Parijs was daar al vernieuwing bezig vanaf 1863. Le Salon des Refusés werd gerenoveerd door impressionisten omdat ze met hun werken werden geweigerd en ze op deze manier in protest kwamen.
Later in de 20e eeuw kwamen ook nieuwe kunststromingen op zoals het surrealisme, expressionisme, kubisme en dada. Dit valt allemaal onder het modernisme. In de architectuur hoort het functionalisme onder het modernisme. Hierbij werd gezegd dat het uiterlijk en vorming bepaald moet worden door het gebouw zijn functie. De stijl is vooral erg geometrisch met platte daken en sobere basisvormen. Er werden moderne materialen gebruikt zoals gewapend beton.
Wat voorafging in het modernisme
Het modernisme kwam heel langzaam op. Rondom 1875 kwam industrialisatie op gang. Er kwam meer luxe, zo ontstond er een verwarming, was er stromend water en ontstond de telefoon. Vrouwen hadden eerst niks te zeggen maar uiteindelijk kregen hun ook meer rechten. Wel bleven ze altijd erg loyaal aan hun man. Toen kwam in midden 19e eeuw het realisme op, hiermee lieten ze doormiddel van kunst de echte werkelijkheid zien. En later kwam het naturalisme op, dit was een vervolg van het realisme. De werkelijkheid werd hier niet alleen getoond en beschreven, het werd ook verklaart. Dit werd gedaan door observatie. Ze gingen hier vooral de mens zijn karakter en wereld in boeken verklaren.
Nadat die steden begonnen te groeien door de industrialisatie kwam er een groot probleem op gang. De eerste wereldoorlog brak namelijk uit. Het speelde zich af van 1914 tot 1918 waarin mannen de loopgraven in moesten en naar het front gingen en vrouwen moesten gaan werken als verpleegster of in de fabriek. Deze gebeurtenis heeft heel de wereld geraakt. Als gevolg van de oorlog waren er miljoenen doden en waren er veel minder mannen vergeleken met vrouwen. Hierna kwamen er roerige jaren in de steden. Vrouwen begonnen te roken en begonnen te drinken, hierdoor begonnen ze ook op mannen te jagen. Jongeren raakten hun geloof in de westerse beschaving kwijt, het uitgaansleven werd steeds meer populair en de bevolking werd erg seksueel. Vrouwen werden minder trouw aan hun man en samenwonen was niet verboden.
Op Zwarte Donderdag op 24 oktober 1929 ontstond een crash op Wall Street. Hierdoor werden veel mensen werkeloos en ontstond er een groot voedseltekort. Maar niet alleen hierdoor ontstond een voedseltekort, ook in Duitsland werd het steeds armoediger. Doordat Duitsland had verloren in de Eerste Wereldoorlog hadden ook veel mensen geen baan en hadden veel mensen amper eten.
Doordat die oorlog zo veel impact heeft gehad op de wereld begonnen mensen eigenlijk anders naar de wereld te kijken. Er werd gezegd dat een mens eigenlijk een onzeker persoon is in een wereld die niet te verklaren is. De Westerse wereld wou invloed hebben op al die grote ontwikkelingen. En hierdoor begon de mens eigenlijk meer te twijfelen, in de jaren voor de Wereldoorlog dachten mensen te weten dat ze de mens en zijn wereld kenden en konden beschrijven. Dit was dus het realisme en het naturalisme. Maar nu waren ze niet meer zo zeker of er een mogelijkheid was dat de mens zichzelf en de werkelijkheid zou kunnen kennen. En die mensen die hierover twijfelden worden modernisten genoemd. Mensen wouden namelijk niet meer die traditionele vormen van kunst of literatuur maar ze wouden dat het vernieuwd werd zodat de industrialisatie beter werd getoond. Ze begonnen ook het modernisme te gebruiken zodat er werd laten zien dat er meer vrijheid in bijvoorbeeld literatuur zou moeten komen. De mens wou namelijk na de Eerste Wereldoorlog vernieuwing zien, ze hoefden niet meer de werkelijkheid te zien maar ze vonden het eens beter om buiten onze wereld te stappen en juist naar iemand anders zijn visie of emotie te kijken. De meesten geloofden niet meer in de westerse samenleving en wouden vernieuwing, en op deze manier breidde het modernisme zich uit.
Wat wil de stroming bereiken?
Behalve dat het modernisme de geïndustrialiseerde maatschappij beter zou moeten weergeven waren er ook andere doelen die modernisten wouden nastreven. Ze wouden natuurlijk afdoen van die traditionele kunst en vernieuwing creëren en zo wouden veel modernisten eigenlijk proberen om door die vernieuwing ook nieuwe manieren te krijgen om kunst te gaan ontdekken. En dit werkte ook. Door de impressionisten begonnen kunstenaars in te zien dat vorm en kleur eigenlijk het belangrijkste van kunst was en dat het dus niet de nabootsing van natuur was. Zo kwam het expressionisme op gang. Dit was een gevolg van het realisme en impressionisme. Emoties en gevoelens werden getoond, en er kwamen sterkere kleuren met hoekige lijnen.
Maar ook in muziek ontdekten ze nieuwe dingen. De traditionele tonale harmonie werd door Arnold Schönberg afgewezen, terwijl dit al meer dan 150 jaar bestond. Schönberg dacht een hele nieuwe manier te hebben gevonden om geluiden te organiseren, dit was met het gebruiken van de twaalftoontechniek. Dit was eigenlijk een ‘democratie’ in de muziek want iedere toon was even belangrijk. Maar er ontstond ook een nieuw muzieksoort, namelijk Jazz muziek wat een swingend ritme had. Behalve muziek en kunst werd ook fotografie naar een hoger niveau gebracht. En niet alleen dat, ook de geluidsfilm ontstond, men wist namelijk hoe ze moesten monteren.
Modernistische architecten wouden ook een nieuwe fase creëren in hun bouwstijlen. Ze vonden te traditionele bouwstijlen er te oud voor een gebouw uitzien, gebouwen moesten namelijk juist eruit zien naar waar ze voor dienen. Zo werd de decoratie in elke vorm afgestoot en kwamen juist geometrische vormen in beeld. Een goed voorbeeld hiervan is de wolkenkrabber (denk aan New York), dit werd dan ook de oudste vorm van een modernistisch gebouw.
In de literatuur werd afstand van de traditie gedaan door de lezer te verbazen en juist niet mee te gaan in de lezer zijn verwachtingen. Ze wouden mensen aan het denken zetten en er zo voor zorgen dat hun mentaliteit wordt aangepast of veranderd. Niet alleen bij literatuur maar ook bij kunst vonden ze dat de werkelijkheid niet meer getoond hoefde te worden, aangezien die al bestaat. Ze vonden het belangrijker dat je eigen ideeën en emoties in de kunst worden getoond. Het werk hoeft niet herkenbaar te zijn, het kan gaan om een hele andere wereld. De modernistische schrijvers wouden de mens een aantal dingen bij brengen: Ze waren het er over eens dat er geen zekerheden zijn als het gaat om de betekenis van het leven, ook vonden ze dat er geen waarheid was over het bestaan van God en de weg naar geluk. Ze wouden dat die zekerheden, belangrijke waarden en de essentie moesten worden vervangen door relativisme en twijfel. Er was dus een vervreemding en een soort angst aan de gang als het ging om instellingen als godsdienst en werk, maar ook over het materialisme, de individu in de samenleving en de normen van de samenleving. Schrijvers waren dus wat negatiever geworden, dit kwam dus door al die gebeurtenissen die hebben plaats gevonden. Door op zo’n manier naar de wereld te kijken vonden ze dat ze de pijn en kwelling beter konden vergeten.
Modernistische literatuur
Er is al veel uitgelegd over het modernisme in de literatuur en waar het om draait. Maar veel schrijvers begonnen dit toe te passen waardoor we nu in boeken en gedichten het modernisme er uit kunnen halen. De belangrijkste eigenschappen van het modernisme in de literatuur zijn de volgende: De schrijver verwijst naar mythes, dat betekent dat het over een verhaal ging die de diepe waarheid van het menselijk bestaan uitdrukt. Meestal is het verhaal ook erg geestig en amusant. Wel laat de schrijver vaak veel drama zien en heeft hij een menging van stijlfiguren (dat zijn woorden die afwijken van de algemene betekenis). En als laatst verdwijnt de oorspronkelijke verteller in het verhaal. De persona zelf komt centraal te staan. Er werden dus niet-traditionele technieken gebruikt zoals de stream of consciousness (die al eerder behandeld is). Het is dan ook belangrijk dat je een modernistisch verhaal kan begrijpen en herkennen. Daarom heb ik hier een gedicht van Martinus Nijhoff die “De wandelaar” heet, waar kenmerken uit te halen zijn.
Mijn eenzaam leven wandelt in de straten,
Langs een landschap of tussen kamerwanden.
Er stroomt geen bloed meer door mijn dode handen,
Stil heeft mijn hart de daden sterven laten.
Kloosterling uit den tijd der Carolingen,
Zit ik met ernstig Vlaamsch gelaat voor ‘t raam;
Zie menschen op een zonnig grasveld gaan,
En hoor matrozen langs de kaden zingen.
Kunstenaar uit den tijd der Renaissance,
Teken ik ‘s nachts de glimlach van een vrouw,
Of buig me over een spiegel en beschouw
Van de eigen ogen het ontzaglijk glanzen.
Een dichter uit den tijd van Baudelaire,
Daags tusschen boeken, ‘s nachts in een café
Vloek ik mijn liefde en dans als Salome.
De wereld heeft haar weelde en haar misère.
Toeschouwer ben ik uit een hoge toren,
Een ruimte scheidt mij van de wereld af,
Die ‘k kleiner zie en als van heel ver-af
En die ik niet aanraken kan en horen.
Toen zich mijn handen tot geen daad meer hieven
Zagen mijn ogen kalm de dingen aan:
Een stoet van beelden zag ik langs mij gaan,
Stil mozaïekspel zonder perspectieven.
Martinus Nijhoff 1916
Dit is één van de eerste modernistische gedichten die in die tijd op zijn gekomen. Het is natuurlijk niet een geestig gedicht maar wel erg boeiend. In de eerste alinea begin je al te denken of deze persoon dood is omdat hij verteld dat er geen bloed meer door zijn dode handen stroomt en hij zegt dat zijn daden zijn gestorven (daadkracht). Maar al snel lees je dat hij eigenlijk naar mensen kijkt en observeert. Hij zegt ook zelf uiteindelijk: hij is een toeschouwer die naar de wereld kijkt. Dit persoon heeft dus een heel eenzaam leven gehad die dus eigenlijk door de straten wandelt (de wandelaar). Het voelt voor hem dus eigenlijk dat hij dood is terwijl hij dat niet is. Een ander aspect is dat de persoon zelf centraal komt te staan. In de eerste regel lees je al “Mijn eenzaam leven wandelt in de straten”. Wat hier heel anders vergeleken met vroeger is dat er niet staat: “Ik wandel in des straten”. Later in het gedicht doet hij dit ook: “Kloosterling uit den tijd der Carolingen”. Er wordt dus afstand gedaan van zichzelf door ‘ik’ niet te gebruiken. Door deze woorden te gebruiken beschrijft hij al veel van zijn leven: Hij is eenzaam, hij ziet zichzelf als een kloosterling, kunstenaar, dichter en toeschouwer en zo laat hij eigenlijk zijn eigenschappen zien. Het gaat niet meer om 1 man maar om een man met verschillende kanten, een man die uiteenvalt. Waardoor hij dus die toeschouwer is geworden en zich niet meer één voelt met de wereld. En die afscheiding met de wereld herken je ook weer terug in het modernisme. Modernisten waren dus twijfelaars en ze twijfelden of je wel de mens en de werkelijkheid zou kunnen kennen. Modernisten wouden dan ook niet de werkelijkheid in hun werk tonen maar juist het innerlijke van het persoon zelf. En dat zie je hier goed terug. De man zelf is erg in de war wie hij is en wat hij nou hier eigenlijk op aarde doet. En de schrijver vertelt hoe de man zich voelt en hoe hij kijkt op de wereld. En na dit modernistische gedicht werden er veel meer auteurs geïnspireerd en begonnen ze op een modernistische manier te schrijven.