Inleiding
H1. Verkiezingen in Nederland
Parlementaire democratie
De wijze waarop een land wordt bestuurd, wordt politiek genoemd. De keuzes die worden gemaakt in de politiek zijn van algemeen belang omdat iedereen er direct mee te maken heeft. In Nederland is er sprake van een democratie. Democratie komt etymologisch uit het Grieks en betekent letterlijk ‘volksheerschappij’: ”’?? (d??mos) staat voor “volk” en ”” (krateo) staat voor “heersen, regeren”. In een democratie regeert het volk.
De directe democratie is ontstaan in het klassieke Athene in 508 voor Christus na de democratische revolutie en de hervormingen van Kleisthenes. Het belangrijkste wetgevende orgaan van de Griekse stadstaat werd de Volksvergadering van de burgers. De Volksvergadering bracht de soevereiniteit en de wil van het volk tot uiting. Circa 40 keer per jaar kwamen alle volwassen, autochtone en vrije Atheense mannen bij elkaar in de bijeenkomsten van de Volksvergadering. Geleerd of niet, rijk of arm, iedere burger had gelijk recht van spreken als het om de publieke zaak ging. Alleen vrouwen en slaven hadden geen recht van spreken in de directe democratie van Athene. Omdat een directe democratie moeilijk te realiseren is, zien we tegenwoordig vormen van representatieve democratie, waarbij het volk vertegenwoordigers kiest. De gekozen vertegenwoordigers nemen de beslissingen en moeten bij verkiezingen verantwoording afleggen aan de bevolking over hun beleid. Nederland is een representatieve democratie omdat mensen die verstand hebben van politieke zaken en tijd krijgen om zich in te lezen in de politieke situaties beter kunnen beslissen dan mensen die geen verstand hebben van de politiek. Als overblijfsel van de directe democratie, zoals die in Athene is ontstaan, bestaat het referendum. Een referendum is het voorleggen van een vraag met betrekking tot wetgeving of een aan te nemen besluit aan de kiesgerechtigden in een land of een bepaald gebied.
Er zijn drie hoofdgroepen van representatieve democratische stelsels: een parlementair stelsel, een presidentieel stelsel en een semipresidentieel stelsel. In een parlementair stelsel zoals in Nederland hebben de burgers invloed op het beleid via gekozen vertegenwoordigers in het parlement, de wetgevende macht. De uitvoerende macht, de regering, wordt gevormd op basis van de uitslag van de verkiezingen. De regering moet het vertrouwen hebben van de meerderheid van het parlement. De meerderheid van het parlement kan de regering ook ontbinden. In een presidentieel stelsel zijn de uitvoerende -, wetgevende ‘ en rechtsprekende macht strikt gescheiden. De uitvoerende macht, de gekozen president en de regering die gekozen is door de president, is geen verantwoording schuldig aan de wetgevende macht, het parlement. Doordat de regering niet afhankelijk is van de meerderheid van het parlement kan de regering niet door het parlement ontbonden worden.
In een semipresidentieel stelsel wordt een land bestuurt door een gekozen president en door een gekozen premier. In dit systeem is de regering, de premier en de ministers, verplicht om verantwoording af te leggen aan de volksvertegenwoordiging. De regering kan ook vallen door bijvoorbeeld een motie van wantrouwen.
Nederland is een parlementaire democratie. Het rechtstreeks gekozen parlement is het hoogste machtsorgaan. Er wordt een kabinet geformeerd van ministers en staatssecretarissen op basis van de samenstelling van het parlement. Deze ministers en staatssecretarissen moet voortdurend verantwoording afleggen aan het parlement en dus indirect aan het volk. Met een parlementair stelsel wordt maximale participatie nagestreefd waarbij de verschillende belangen zorgvuldig worden afgewogen bij democratische besluitvorming.
In Nederland was in 1917 het algemeen kiesrecht voor mannen ingevoerd en in 1919 werd het algemeen kiesrecht voor vrouwen ingevoerd. Vanaf de verkiezingen in 1922 is Nederland dus een volwaardige democratie met een parlementair stelsel.
De belangrijkste waarden van een parlementaire democratie zijn vrijheid en gelijkheid. De democratie is gebaseerd op de gedachte dat alle burgers gelijk zijn en een stem in de politiek verdienen. De vrijheid van burgers wordt veilig gesteld door de beperkte bevoegdheden van de politie en het leger, de persvrijheid, de onafhankelijk rechtspraak en de de politieke grondwetten waarbij burgers bij vrije en geheime verkiezingen hun bestuurders kiezen en zichzelf verkiesbaar kunnen stellen. Vrijheid en gelijkheid gaan echter moeilijk samen. Een te grote vrijheid gaat ten koste van de gelijkheid en dit geldt andersom hetzelfde. Om gelijkwaardigheid na te streven moet iedereen gelijke kansen hebben op onderwijs, werk en inkomen. Mensen met de sterkste schouders moeten de sterkste lasten dragen. Hierbij moet de overheid zich actief opstellen om de zwakkeren te beschermen. Echter, bij het nastreven van vrijheid stelt de overheid zich passief op en treedt alleen op wanneer het echt nodig is. Bij het nastreven van vrijheid krijgen de burgers meer verantwoordelijkheid en moet het individu zich optimaal kunnen ontplooien. Wanneer mensen dezelfde kansen hebben, beginnen de begrippen gelijkheid en vrijheid dezelfde betekenis te krijgen.
Kiesstelsels
Het systeem dat bepaalt op welke manier verkiezingen plaatsvinden, het kiesstelsel, is van groot belang op welke wijze de meerderheid van de zetels in het parlement gevormd wordt. Het kiesstelsel is dus medebepalend voor het type bestuur dat een land heeft. Nederland heeft een evenredige vertegenwoordiging maar in andere democratische landen kan er ook sprake zijn van meerderheidsstelsels. In landen met een evenredige vertegenwoordiging zijn partijen vaak genoodzaakt om samen te werken om een meerderheid te vormen. Ze moeten daarom compromissen sluiten. In landen met een meerderheidsstelsel is er na de verkiezingen meestal ‘?n partij de sterkste. Deze partij domineert het parlement en de regering. Vaak hebben deze landen maar enkele grote partijen.
Evenredige vertegenwoordiging betekent dat alle uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het beschikbare aantal zetels. Er wordt uitgegaan van de kiesdeler, de hoeveelheid stemmen die je nodig hebt om ‘?n zetel te krijgen. Ieders stem telt even zwaar mee bij de verdeling van de zetels waardoor kleinere partijen ook kunnen worden gekozen en er veel meningen te horen zijn. Veel partijen zorgen echter wel voor onrust. Alle partijen krijgen spreektijd waardoor debatten lang kunnen duren en onoverzichtelijk zijn. Ook is het moeilijk om met veel partijen een bestuursorgaan te vormen, zoals een kabinet. Hierdoor hebben sommige landen een kiesdrempel ingesteld waardoor een partij een minimumpercentage stemmen moet halen om mee te kunnen delen in de zetels.
In landen met een meerderheidsstelsel moet een partij in een gebied een meerderheid behalen om zetels te verkrijgen. Sommige landen hebben een meerderheidsstelsel waarbij er van een absolute meerderheid wordt uitgegaan. Als een partij een absolute meerderheid moet halen moet een partij meer dan 50% van de stemmen krijgen. In andere landen volstaat een relatieve meerderheid waarbij de grootste partij in een gebied de zetels krijgt. Bij een meerderheidsstelsel is het aantal partijen kleiner omdat de kans dat een kleine partij een zetel verovert erg klein is. Een partij kan heel veel stemmen krijgen, maar toch geen meerderheid van de zetels krijgen. Ook is het bij een meerderheidsstelsel direct na de verkiezingen duidelijk welke partij zal gaan regeren. Daarentegen kunnen de tegenstellingen in de samenleving vergroot worden bij het toepassen van het meerderheidsstelsel want bij het regeren hoeven er geen compromissen te worden gesloten om de meerderheid van het parlement achter een voorstel te krijgen. Ook kan een meerderheidsstelsel nadelig zijn voor de continu??teit doordat er veranderingen worden doorgevoerd na verkiezingen door de dominante partij en die veranderingen kunnen ongedaan worden gemaakt na de volgende verkiezingen.
Een meerderheidsstelsel en een evenredige vertegenwoordiging kunnen worden gecombineerd met een districtenstelsel. Bij een districtenstelsel wordt het land in twee of meer districten verdeeld. Per district is er ‘?n afgevaardigde in het parlement. Bij een meerderheidsstelsel is de afgevaardigde de kandidaat die in het district de meerderheid van de stemmen haalt. Bij de toepassing van een evenredige vertegenwoordiging bepaalt de kiesdeler welke partijen afgevaardigden krijgen en hoeveel dat er zijn.
Evenredige vertegenwoordiging
Er bestaan dus verschillende kiesstelsels, daar is het stelsel van evenredige vertegenwoordiging er een van. Evenredige vertegenwoordiging is een kiesstelsel waarbij het percentage behaalde zetels bij goede benadering evenredig is met het percentage behaalde stemmen. Een partij die 20% van de stemmen haalt, heeft in een systeem met evenredige vertegenwoordiging dus recht op (ongeveer) 20% van de zetels.
Bij evenredige vertegenwoordiging wordt het totale aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door het aantal zetels. De uitkomst daarvan heet de kiesdeler, het minimale aantal stemmen dat een partij moet behalen om een zetel te bemachtigen. Een partij die minder stemmen haalt dan de kiesdeler krijgt geen zetel. Zo kan worden berekend hoeveel zetels een partij heeft behaald na een periode van verkiezingen.
Het stelsel van evenredige vertegenwoordiging staat tegenover het meerderheidsstelsel (vaak districtenstelsel genoemd), waar per kiesdistrict alleen de winnaar in het parlement komt. Stemmen op de verliezer in een kiesdistrict tellen dan niet mee voor de bepaling van de zetelverdeling. Het kan dan dus bijvoorbeeld zo zijn dat in een kiesdistrict Partij A 48% van de stemmen behaald en Partij B 52%. Dit zou betekenen dat Partij B als winnaar uit de bus zou komen en de andere 48% van de stemmen verloren zou gaan. Landen als Groot-Brittanni??, Frankrijk en de Verenigde Staten kennen een meerderheidsstelsel. Ook Nederland had tot 1918, bij de invoering van het huidige stelsel van evenredige vertegenwoordiging een meerderheidsstelsel.
Het voordeel van een stelsel van evenredige vertegenwoordiging is dat de voorkeuren van de kiezers goed weerspiegeld worden in het gekozen orgaan. Het nadeel is dat de meerderheid waarop een regering of een provinciaal of gemeentelijk bestuurscollege moet steunen, vrijwel altijd een uit meerdere partijen bestaande coalitie zal zijn, die een op compromissen gebaseerd beleid moet voeren. Dit kan het voor coalitiepartijen moeilijk maken het feitelijk gevoerde beleid uit te leggen aan hun kiezers. Dit kan echter opgevat worden als een onvermijdelijk gevolg van democratie, waarin nu eenmaal verschillende meningen tot uiting moeten komen.
Zoals je in bron .. kan zien bestaat onze Tweede Kamer sinds 2012 uit 11 verschillende partijen, waaronder de 150 zetels verdeeld zijn, waarvan 5 kleine partijen.
Opkomst
Elke Nederlander heeft het recht om deel te nemen aan het politieke proces door te stemmen op een partij naar zijn of haar voorkeur. Als Nederlander ben je niet verplicht om van je stemrecht gebruik te maken, je hebt dus geen stemplicht. Daarom kan het dus zijn dat er een groot deel van de bevolking de beslissing neemt om niet te gaan stemmen, de opkomst is dan laag. Zoals je in bron .. kan zien was de opkomst in 2012 73,7%. Gemiddeld ligt het percentage mensen dat gebruik maakt van zijn stemrecht hoger bij de landelijke verkiezingen dan bij de lokale verkiezingen.
In de volgende grafiek hebben we het opkomstpercentage van 8 verschillende jaren uitgezet volgens informatie van het CBS.
Er is globaal gezien dus een daling in het opkomstpercentage in Nederland als het gaat om de verkiezingen voor de Tweede Kamer. In 1956 brachten ruim 95% van de burgers hun stem uit, in 2012 was het percentage nog maar 73,7%.
Casus Gemeenteraad 2014 Breda
Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van Breda van 2010 waren er in Breda 137.101 stemgerechtigden. Slechts 65.932 van hen gingen daadwerkelijk het stemhokje in. Dat is een opkomstpercentage van 48,09 %. Hierdoor was de uitkomst van de verkiezingen niet representatief is voor de wensen van de Bredase inwoners. De gemeentelijke politici staan veel dichter bij de burgers dan de landelijke politici, maar toch is de opkomst veel lager. Wij hadden het idee dat veel mensen gewoon niet wisten wat de gemeentelijke politiek inhoud, welke invloed de gemeenteraad heeft op de stad en dus waarom het onwijs belangrijk is om de democratie te omarmen en het stemhokje in te gaan. Het was dan ons doel dat zoveel mogelijk mensen hun stem zouden laten horen en dat het opkomstpercentage verhoogd zou worden. Dit hebben wij gedaan door middel van een promotiecampagne die wij zelf bedacht hebben. Onze campagne heette de Stem!Bus. Het project zelf leggen we in een ander deel van ons verslag uit, hier zijn alleen de resultaten.
Zetelverdeling gemeenteraad Breda
Bij de gemeenteraadsverkiezingen voor de gemeente Breda van 2014 (19 maart) deden de volgende partijen mee:
‘ VVD
‘ D66
‘ SP
‘ CDA
‘ PVDA
‘ GROENLINKS
‘ BREDA ’97 (lokaal)
‘ TROTS/OPA
‘ Bredase ondernemers Ouderen-partij (BOB) (lokaal)
‘ GemeenteBelangen Breda (lokaal)
In Breda zijn in totaal 39 zetels te verdelen, bij de vorige verkiezingen, die van 2010 werden deze als volgt verdeeld:
Partij: Percentage stemmen: Aantal zetels:
VVD 21,92 % 9
PVDA 19,79 % 8
CDA 14,34 % 6
D66 13,98 % 5
GROENLINKS 9,02 % 4
SP 7,17 % 3
BREDA ’97 5,01 % 2
TROTS 3,92 % 1
Leefbaar Breda/De parel van het Zuiden 3,50 % 1
ChristenUnie 1,34 % 0
Bij de verkiezingen van 2014 waren er dus een aantal ”nieuwkomers”. Leefbaar Breda/De parel van het Zuiden was opgeheven, maar een oud-lid ging verder met de ”nieuwe” partij GemeenteBelangen. Trots ging samenwerken met OPA en Cees van der Horst stapte bij de VVD uit de fractie en richtte een eigen partij op namelijk, BOB.
Tot zover de situatie v’?r 2014. Nu gaan we kijken naar de zetelverdeling n?? de gemeenteverkiezingen van 2014.
De uitslag van 2014 zag er als volgt uit:
Partij Percentage stemmen: Aantal zetels:
VVD 19,73 % 8
D66 18,14 % 8
SP 15,80 % 6
CDA 14,43 % 6
PVDA 10,57 % 4
GROENLINKS 8,48 % 3
BREDA ’97 4,97 % 2
TROTS/OPA 3,05 % 1
BOB 2,71 % 1
GemeenteBelangen 2,12 % 0
Ondertussen is er een raadslid van de PVDA overgestapt naar BOB dus de zetelverdeling ziet er als volgt uit:
Partij Aantal zetels:
VVD 8
D66 8
SP 6
CDA 6
PVDA 3
GROENLINKS 3
BOB 2
BREDA ’97 2
TROTS/OPA 1
Je kunt dus wel zeggen dat in Breda SP en D66 de grote winnaars zijn en PVDA is duidelijk de grote verliezer.
Opkomstpercentage
Nadat wij ons project hebben uitgevoerd, zijn we tot deze gegevens gekomen.
2010 2014 Verandering
Kiesgerechtigden 137.101 142.996 + 5.895
Opkomst 65.932 68.457 + 2.525
Opkomstpercentage 48,09 % 47,87 % – 0,22%
Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 waren er in de gemeente Breda 142.996 kiesgerechtigden. Helaas brachten er maar 68.457 van deze kiesgerechtigden hun stem uit. Dat is een opkomstpercentage van 47,87 %. De opkomst is dus niet verhoogd.
Project: Stem!Bus
Wat was het plan?
Het doel van ons project was om de opkomst van de gemeenteraadsverkiezingen in Breda te verhogen door de inwoners van Breda goed te informeren over deze verkiezingen. Dit wilde we verwezenlijken door een tour te organiseren voor de politieke partijen, zodat de politici gezamenlijk campagne konden voeren. Iedere politieke partij zou ‘?n of twee vertegenwoordigers mee op pad sturen met ons. In een opvallende, gele Amerikaanse schoolbus zouden we de hele dag rondtoeren door Breda, van locatie naar locatie. Omdat we alle inwoners van Breda boven de achttien jaar wilden bereiken gingen we naar verschillende locaties in verschillende wijken van Breda.
Hoe is het gegaan?
Op 8 februari 2014 hebben we met z’n allen verzameld om 09.30 uur op het parkeerterrein van het Chass??, dat is een centraal punt voor iedereen. Vanuit daar zijn we naar de volgende locaties gegaan:
o De Meubelboulevard 10.15 ‘ 11.45 uur
o Heksenwiel 12.00 ‘ 13.30 uur
o Intratuin Breda 13.50 ‘ 14.15 uur
o Winkelcentrum Hoge Vucht 14.20 ‘ 15.45 uur
o Jumbo Foodmarkt 16.00 ‘ 17.00 uur
Om 17.15 uur waren we weer terug op het parkeerterrein van het Chass??, in totaal hebben we van 10.00 uur tot 17.15 gereden, in totaal dus 7 uur en 15 minuten.
We begonnen met het inladen van de gele Amerikaanse schoolbus die we hadden gehuurd. We hadden statafels meegenomen en een stembus, waar we de briefjes van de effectmeting in wilden doen. Door de effectmeting konden we achteraf bekijken of onze boodschap over was gekomen op de Bredase stemgerechtigden. Ook hadden we ervoor gezorgd dat er op elke locatie een verversing van de koffie en thee was, zodat we een warm drankje konden aanbieden aan de mensen. Zelf wilden we natuurlijk ook opvallen, daarom hebben we jassen laten maken met het logo van De Nassau erop en het logo van Gemeente Breda.
Rond 09.45 uur kwamen de vertegenwoordigers van alle partijen. Vertegenwoordigers van de volgende partijen waren aanwezig:
o VVD
o CDA
o GroenLinks
o PvdA
o D66
o SP
o Trots
o Gemeentebelangen
Doordat de ramen van de bus met allerlei campagne materiaal werd volgeplakt konden voorbijgangers goed zien dat de bus bedoeld was voor campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen.
Rond kwart over 10 arriveerden we bij de woonboulevard. Op de woonboulevard zijn we rond gaan lopen. We daagden de mensen uit om een praatje te komen maken om meer informatie op te doen over de verschillende politieke partijen. De mensen maakten een praatje met de politici onder het genot van een lekker kopje koffie of thee. De politici deelde campagne materiaal uit. Er hing een gezellige sfeer, ook tussen de politici onderling.
Hierna zijn we doorgegaan naar Het Heksenwiel, een winkelcentrum in de Haagse Beemden. Daar was het druk, we hebben veel mensen kunnen aanspreken. We mochten onze bus op een mooie plek parkeren zodat hij lekker opviel. De politici gingen al snel naar de winkelende mensen toe. Door het regenachtige weer vielen de koffie en thee goed in de smaak.
Na een goede ervaring bij Het Heksenwiel gingen we door naar de Intratuin. Jammer genoeg was het daar heel erg rustig dus we moesten improviseren. We hebben gekozen om naar het winkelcentrum Hoge Vucht te gaan, dat lag er dichtbij. Daar waren erg veel mensen. We stapten weer op de mensen af en we begonnen weer praatjes te maken en drinken uit te delen.
We besloten om naar de laatste locatie te gaan, de Jumbo Foodmarket. Hier hebben we nog veel mensen bereikt en het politieke beeld van de mensen kunnen verbreden. We zijn iets eerder gestopt doordat iedereen moe was na een lange dag waarin we de gemeenteraadsverkiezingen hadden gepromoot. We zijn teruggereden naar het Chass??. Daar hebben we afscheid genomen van de overgebleven politici en de buschauffeur.
Het was buiten een zeer effectieve ook een hele gezellige dag. Alle partijen waren heel erg enthousiast, dat maakte het voor ons ook heel leuk om met ze samen te werken. Het was ook leuk om zo’n grote groep met verschillende partijen bij elkaar te zien. De politici hebben zeker niet alleen hun eigen politieke visie gedeeld maar ze betrokken andere politieke partijen er ook bij om de Bredase inwoner de beste keus voor zichzelf te laten maken.
Wijzigingen in het plan en waarom.
Ons idee was om een bus tour door Breda te houden om zo de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart 2014 onder de aandacht te brengen. Wij denken dat als mensen wel willen stemmen, maar dat ze er niet teveel moeite voor willen doen. Daarom hebben wij de politici naar de mensen toegebracht.
Op de dag zelf wilden we de mensen naar onze bus halen en ze daar uit te nodigen voor een gesprekje met de politici bij de statafels die we hadden meegenomen. We merkten echter al vrij snel dat dit niet haalbaar was door het slechte weer en dus kozen we voor ‘a change of plans’. Wanneer we op locatie aankwamen gingen we met de politici zelf naar de mensen toe en spraken ze aan over de verkiezingen. De statafels hebben we binnengelaten.
Ook wijzigde ons plan toen we bij de Intratuin kwamen. We zagen daar dat het heel erg rustig was. De politici wilden graag naar ergens anders toe om meer mensen te kunnen bereiken. Toen hebben we gekozen om naar het winkelcentrum de Hoge Vucht te gaan. Via onze Facebook-pagina hebben we de wijziging laten weten aan iedereen.
Ook zijn we eerder gestopt dan dat we eigenlijk gepland hadden. Veel politici waren moe en konden het enthousiasme om de gemeenteraadsverkiezingen te promoten niet meer opbrengen. Het was een hele leuke maar intensieve dag. In plaats van 18.00 uur zijn we om 17.00 uur gestopt.
Onderzoek
We behandelen de vraag ‘Hoe vergroot je het opkomstpercentage bij de gemeenteraadsverkiezingen 2014’?
Het onderzoek is daarbij opgedeeld in deelvragen:
1. Hoe bereiken we het maximaal aantal mensen met onze actie?
2. Hoe brengen we zo goed mogelijk onze boodschap over?
3. Hoe weten we of onze actie daadwerkelijk geholpen heeft?
1. Hoe bereiken we het maximaal aantal mensen met onze actie?
Om zoveel mogelijk mensen te bereiken is het belangrijk dat we verschillende bronnen gebruiken om de mensen te informeren.
Voor de mensen die gebruik maken van Facebook hebben we een Facebook-pagina opgericht. Met deze Facebook-pagina konden we precies ons bereik op social media bijhouden en konden we zien hoeveel mensen zich interesseerden in onze actie. Onze pagina werd onder andere gedeeld door de politieke partijen, daardoor kregen veel mensen te horen over onze actie.
FACEBOOK CIJFERS
Daarnaast hebben we een aantal berichten geplaatst in de Weekkrant, BredaVandaag en Dichtbij om ook de mensen die geen Facebook hebben op de hoogte te houden.
De locaties hebben we zorgvuldig uitgezocht. We wilden zoveel mogelijk mensen aanspreken en verschillende groepen van de bevolking bereiken. We hebben ervoor gezorgd dat we mensen uit verschillende buurten en verschillende culturen aanspraken, om zo een goed overzicht te geven en te krijgen van wat Breda precies wil.
2. Hoe brengen we zo goed mogelijk onze boodschap over?
We wilden de politiek naar de mensen halen niet andersom. Ons doel was om de mensen te bereiken die niet naar debatavonden of informatiemarkten gaan, omdat die mensen meestal al betrokken zijn bij de politiek en al weten op welke partij ze gaan stemmen. We wilden de mensen bereiken die minder op de hoogte zijn van de gemeentepolitiek. Door gesprekken met de mensen op straat en voor de supermarkt te voeren werd duidelijk dat sommige mensen helemaal geen vertrouwen in de politiek hadden. Door die mensen persoonlijke gesprekken te laten voeren met de politici in een vertrouwde omgeving konden mensen ge??nformeerd en geholpen worden bij hun keuze.
3. Hoe weten we of onze actie daadwerkelijk geholpen heeft?
We hebben de mensen korte enqu??tes laten invullen met onder andere de volgende vragen:
o Bent u van plan 19 maart 2014 te stemmen?
o Heeft u in 2010 gestemd?
o Weet u al op welke partij u gaat stemmen?
o Heeft ons initiatief geholpen om te gaan stemmen?
De resultaten van de enqu??tes hebben wij verwerkt in een tabel en twee diagrammen.
Door de resultaten te verwerken in een tabel en diagrammen kregen wij een goed overzicht over wat de mensen gaan doen met de gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart 2014. Ook konden we zien of onze actie de mensen die we bereikt hadden op 8 februari 2014 geholpen heeft met het maken van de keuze.